Deze werkvorm sluit aan bij Tijdvak 10: Televisie en computer, thema 5 Welvaartsstaat (van studiopabo.nl). Het eerste deel maak je alleen en het tweede deel doe je samen.
Lees de onderstaande tekst over de ontzuiling in de Nederlandse politiek. Jij gaat je verdiepen in het uiteenvallen van de verschillende politieke zuilen. Hieronder staan de stappen om de opdracht te maken.
De onderstaande opdrachten doe je alleen
Demonstratie Dolle mina beweging / De wens om gezamenlijk de wederopbouw aan te pakken / Welvaart en bestaanszekerheid / De katholieke Bisschop Bekkers stelt in 1963 op tv dat vrouwen zelf mogen bepalen of zij wel of geen kinderen willen / de rooms-rode coalitieregeringen komen ten einde / Mensen beter opgeleid en geïnformeerd / Jongeren vragen met buiten parlementaire acties om politieke aandacht / De oorlog in Vietnam leidde tot massale demonstraties / Studenten aan de universiteit eisen inspraak
De onderstaande opdrachten doe je in tweetallen
Tekst 1: In 1939 breekt met de inval in Polen door Nazi-Duitsland de Tweede Wereldoorlog uit. In 1940 wordt Nederland bezet. Deze bezetting duurt tot 1945. Tijdens de oorlog zei koningin Wilhelmina voor de radio: ‘wie bevrijding zegt, zegt ook vernieuwing’. In Sint Michielsgestel dacht een groep gijzelaars (toppolitici van de verschillende zuilen) na over hoe het na de oorlog verder moest in Nederland.
De SDAP en de RKSP zijn twee partijen die zich vernieuwen en zich meer gaan richten op de massa, het volk. Vernieuwd, fris en modern. Ook de liberalen stichtten een nieuwe partij, de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie. De PvdA en de KVP vormden 12 jaar lang coalitiepartijen gedurende de periode van de wederopbouw.
De tijd na de oorlog was een periode van wederopbouw. De overheid stuurde het bedrijfsleven en de economie, bijvoorbeeld met een loonpolitiek. Dit leidde uiteindelijk tot economische welvaart in de jaren ’60. Met het invoeren van verschillende sociale wetten kregen meer Nederlanders financiële steun en werd Nederland een verzorgingsstaat.
De Nederlandse samenleving veranderde vanaf de jaren ’60. Er was meer welvaart, meer bestaanszekerheid, de Nederlanders waren beter opgeleid en beter geïnformeerd (bijvoorbeeld door komst televisie). Er werd openlijk gediscussieerd over de politiek en partijen kwamen scherper tegenover elkaar te staan. Democraten ’66 wilde helderheid en het liefst twee politieke partijen, links en rechts. De politiek moest nog democratischer.
Jongeren kwamen in opstand tegen het gezag. Zij keerden zich tegen het denken en doen van de oudere generaties. Een voorbeeld zijn de provo’s, zij keerden zich tegen de consumptiemaatschappij. Zij kwamen met het witte fietsenplan (gratis door iedereen te gebruiken) en gooiden een rookbom tijdens het huwelijk van prinses Beatrix met de Duitse prins Claus.
In de jaren ‘60 publiceert de feministe Joke Smit het artikel ‘Het onbehagen bij de vrouw’, vrouwen wilden meer dan een bestaan als moeder en huisvrouw. Vrouwen eisten steeds meer hun rechten op, bijvoorbeeld op het gebied van voorbehoedsmiddelen, abortus, gelijkwaardige opleidingsmogelijkheden en salaris. Zij organiseerden zich in bewegingen als Dolle mina, Man-Vrouw-Maatschappij en Wij Vrouwen Eisen.