1.1. Internationalisering

1.1.1. Onderwijs in Nederland

Over het onderwijs is er een variëteit aan uiteenlopende meningen. “Zo vinden sommige mensen het belangrijk dat school de kinderen voorbereidt op een succesvolle maatschappelijke loopbaan, dat de kinderen goede cijfers halen. Anderen vinden het juist belangrijk dat school een opvoedende en vormende taak heeft” (Denessen, 2000).

Het is niet eenvoudig om een lijstje te maken met daarin de uitgangspunten over het onderwijs die over het hele land gelden. Om deze reden zijn er door de overheid in 2006, 58 kerndoelen vastgesteld die landelijk geïmplementeerd worden in het onderwijs.

Deze kerndoelen zijn geordend in zeven domeinen: Nederlands, Engels, wiskunde, mens en natuur, mens en maatschappij, kunst en cultuur, bewegen en sport. “Scholen hebben daarmee de ruimte gekregen om zelf inhoudelijke keuzes te maken in het onderwijsprogramma voor leerlingen” (Kerndoelen, 2022). Deze doelen zijn namelijk breed opgezet waardoor scholen met hun eigen visies toch aan deze eisen kunnen voldoen.

Hiernaast moeten de leraren in Nederland voldoen aan de drie bekwaamheden. De leraren moeten vakinhoudelijk, vakdidactisch en pedagogisch bekwaam zijn om met de kennis en kunde van de bovengenoemde de bekwaamheden, “aan te tonen dat de leraar of docent aan dat hij zijn werk als leraar en als deelnemer aan de professionele onderwijsgemeenschap die hij samen met zijn collega’s vormt, kan verrichten op een professioneel doelmatige en verantwoorde wijze” (Staatsblad 2017, 148, 2017).

 

1.1.1.1. Biologie onderwijs

In de biologie lessen worden landelijk zes aspecten van de kerndoelen toegepast.

De Educatieve uitgeverij ThiemeMeulenhoff heeft een onderzoek gedaan naar het biologieonderwijs waar 300 docenten van verschillende niveaus aan mee hebben gedaan. Uit dit onderzoek bleek dat de deelnemende docenten het vak biologie een essentieel vak vinden waar je je leven lang iets aan hebt (Maanen, 2021). Verder beschrijven zij dat er een samenhang is met andere beta vakken en verbanden gelegd kunnen worden binnen dit vak. Tevens komt naar voren dat de lessen actief en praktisch moeten ingericht worden, om zodoende alle aspecten van de biologie mee te brengen aan de leerlingen (Maanen, 2021).

“Een van de belangrijkste inzichten die de biologie te bieden heeft is het inzicht dat biologische objecten als systemen kunnen worden gezien. Biologische systemen beschikken over eigenschappen die gelden voor álle biologische systemen, of het nu gaat om cellen, organismen, ecosystemen of de biosfeer. Ieder biologisch systeem kunnen we zien als een van zijn omgeving te onderscheiden eenheid die zichzelf in stand houdt” (Boersma, 1997). Om het systeemdenken te beoefenen en te leren is het vak biologie de ideale plek. Uiteraard ligt het ook voor de hand om ruimte te beschikken bij de school.

 

1.1.2. Biologie onderwijs in Europa

 

Sinds 1975 zijn de biologenvereniging van verschillende landen van de EEG verenigd in de ECBA (Communities Biologists Association). “De ECBA vertegenwoordigt biologie op internationaal niveau en ondersteunt de Europese kwalificatie van professionele biologen, namelijk de EurProBiol-titel” (Smit & Waddoup, 2015).

“De missie van de ECBA is om de ontwikkeling van een duurzame samenleving te ondersteunen door alle aspecten van de biologie, oud en nieuw ontdekt, met inbegrip van gevestigde en nieuw opgerichte biologische disciplines, op een evenwichtige manier te bevorderen en deze op een duidelijke en begrijpelijke manier te presenteren aan eindgebruikers in de industrie en de academische wereld, maar ook voor het grote publiek” (Smit & Waddoup, 2015).

In 1997 heeft de ECBA minimumeisen gesteld aan het biologieonderwijs binnen Europa zodat er gelijke basissen zijn bij de leerlingen. Hierbij is er een onderscheid gemaakt tussen het belang van biologie, curriculum van het vak biologie en over de praktische zaken van biologie in het onderwijs (ECBA, 1997).

Verder wordt er jaarlijks een Biologie Olympiade georganiseerd. De Biologie Olympiade is een wedstrijd waar leerlingen van het voortgezet onderwijs aan mee kunnen doen waarbij zij getoetst worden op hun biologie kennis. Hierbij worden de hoogst scorende leerlingen geselecteerd en krijgen zij de kans om mee te doen met de internationale Biologie Olympiade. Meerdere landen doen mee aan deze internationale wedstrijd en krijgen uiteindelijk een toets die in lijn is met het wereldniveau.

1.1.3. Biologie onderwijs: USA, Korea en Indonesië

 

Sakir & Kim (2021) deden een onderzoek naar representatieve biologieboeken voor middelbare scholieren uit Korea, Indonesië en de VS. Deze boeken werden vergeleken om de verschillen tussen de biodiversiteit gerelateerde inhoud van elk land te verklaren. De leerboeken van de drie landen hebben een vergelijkbare onderverdeling over de inhoud van biodiversiteit. Uit dit onderzoek ontdekte Sakir & Kim (2021) dat “Indonesische en Amerikaanse biologische leerboeken speciale aanvullende subsecties hebben die verschilden van het Koreaanse leerboek”.  Verder bevatten Koreaanse leerboeken volgens Sakir & Kim minder voorbeelden van inheemse biodiversiteit.