Uitleg in woorden: Wat is het voltooid deelwoorden (volt. dw) en hoe schrijf je die?
Een voltooid deelwoord is een onderdeel van de werkwoordspelling, het is een vervoeging van het werkwoord.
Een voltooid deelwoord heeft altijd en ander werkwoord nodig. Dit andere werkwoord helpt het voltooid deelwoord. Daarom noem je dit helpende werkwoord ook wel een hulpwerkwoord.
Het hulpwerkwoord in een zin is dan de persoonsvorm.
Een voltooid deelwoord begint meestal met ge-, maar ook vaak met be-, ver- of ont-.
rennen – gerend ik heb gerend
luisteren – geluisterd wij hebben geluisterd
reizen – gereisd er is lang gereisd
fietsen – gefietst de leerlingen hebben gefietst
pakken – gepakt de spullen zijn gepakt.
Een voltooid deelwoord van een sterk werkwoord?
De regel: Je schrijft het zoals het klinkt.
Voorbeelden:
Hele ww.: Ik-vorm: Volt. dw:
Brengen bracht gebracht
Stelen stal gestolen
Rijden reed gereden.
Een voltooid deelwoord van een zwak werkwoord?
Twijfel je of je het schrijft met een d of met een t? Dan geldt hierbij:
De regel (1): Maak het werkwoord langer, hoor je een d? Dan schrijf je die ook. Hoor je een t? Dan schrijf je die ook.
Volt.dw. Hele ww. stam ik-vorm langer maken: volt.dw.:
Gerend/t? rennen renn ik ren ik rende gerend
Gekeurd/t? keuren keur ik keur ik keurde gekeurd
De regel (2): gebruik de stam en de regel van ’t ex-kofschip:
Is de laatste letter van de stam een medeklinker uit ’t ex-kofschip? Schrijf een -t.
Is de laatste letter van de stam geen medeklinker uit ’t ex-kofschip? Schrijf een -d.