Mijn visie is dat biologielessen als doel moeten hebben om leerlingen of studenten te helpen om hun kennis en begrip binnen de biologie moeten vergroten en hier bovendien een interesse voor te ontwikkelen. Eén van de aspecten die naar mijn mening mijn visie belemmeren in het Nederlandse biologie onderwijs is het puntensysteem dat gehanteerd wordt. Het puntensysteem 1-10 waarbij een 5,5 of 6,0 doorgaans als acceptabel wordt beschouwd geeft voor onderwijzers en leerlingen een onvolledig beeld van de beheersing van kennis en begrip in het vakgebied (Verboon & Peters, 2017). Een verder probleem met de huidige iteratie van toetsing, wat ik in de praktijk steeds vaker tegenkom bij leerlingen, is de nadruk op zeer talige vraagstukken. Waarbij de nuance soms erg ver van de onderwijs doelstellingen bij biologie ligt.
Toetsing van biologie in Nederland
In het biologie onderwijs in Nederland wordt er getoetst op 6 verschillende domeinen, ook wel eindtermen genoemd die onder andere in het examenprogramma van het voortgezet onderwijs zijn verwerkt. In elk van deze domeinen zijn er sub domeinen en doelen verwerkt, waar specifiek geformuleerd staat wat er van leerlingen verwacht wordt (SLO, 2021). Scholen zijn volgens hoofdstuk 1; artikel 47, wettelijk verplicht om voor eindexamens van het vmbo, havo en vwo te beoordelen met een cijfer tussen de 1 en de 10, waarbij 5,5 als voldoende wordt beschouwd. Het systeem om het schoolcijfer te bepalen in Nederland stamt af van de in 1870 ingevoerde cijferschaal die werden gebruikt bij de hogereburgerschool (de Groot, 1966).
Dit is het schoolcijfersysteem wat wereldwijd in veel landen in gebruik is, al is de toepassing overal net een beetje anders. Het is een cijfermechaniek, waar de beoordeling afhangt van een momentopname waar een puntenscore op toe word gepast. Het behalen van een adequaat resultaat staat gelijk aan een willekeurig percentage van de vragen correct te beantwoorden. Een dergelijke momentopname is enkel deels representatief van het daadwerkelijke kunnen en begrijpen, en geeft een matig beeld van groei hierin. Hiernaast geeft deze manier van toetsing veel school gerelateerde stress en een lager zelfvertrouwen in het hogere onderwijs (Högberg, Lindgren, Johansson, Strandh, & Petersen, 2021).
Overstijgend met het verkeerde vak
Als je in Nederland een eindexamen vmbo, havo of vwo biologie maakt, zul je merken dat er naast een instapniveau voor biologie er ook een instapniveau is in Nederlandse taal. Hoe theoretischer het middelbaar niveau, hoe meer de nadruk op Nederlandse taal komt te liggen. Tot het punt dat leerlingen soms een hele pagina aan tekst moet doorspitten aan technische terminologie om een vraag te beantwoorden. Daar komt nog bij dat veel van die tekst geen relevantie heeft tot het beantwoorden van de vraag en dat deze soms een valkuil vormen zodat het verkeerde antwoord wordt gegeven. Mijn opinie en visie hier op is vrij eenduidig, ik ben het zeer oneens met de huidige manier van examinering. De focus ligt teveel op het ontwikkelen van de Nederlandse taal, terwijl vele biologische beroepen hier nauwelijks van afhankelijk zijn. Zelf ben ik werkzaam op de Vinse School te Amsterdam, waar ik vorig jaar verantwoordelijk was voor de biologie eindexamenklassen. Tijdens het voorbereiden van de eindexamens, merkte ik met mijn leerlingen heel erg dat het examen meer draaide het meer om het leren van stereotypische eindexamenvragen te beantwoorden dan om kennis en inzicht in biologie. Vergezochte contexten en complexe texten die op zichzelf erg interessant zijn maar veel meer toetsen dan alleen biologie kennis. Ik beschouw om deze reden het biologie examen ook als een toonaangevend examen voor het globale niveau van een leerling, omdat er ontzettend veel gevraagd wordt van een leerling. Veel meer dan staat aangegeven in de syllabus welke aangeeft wat moeten kennen en kunnen (College voor Toetsen en Examens, 2021).
Biologie toetsing over de grens
In de Verenigde Staten wordt er een vergelijkbaar systeem gehanteerd als in Nederland, er wordt voornamelijk gekeken naar een percentage van een toets of tentamen dat correct beantwoord moet worden. Bij een exact vak als biologie geeft dat een onvolledig beeld over de beheersing van concepten aangezien er niet specifiek wordt gekeken naar welke onderdelen er wel, en welke er niet worden beheerst (Katzman, et al., 2021). Wereldwijd zijn er maar weinig landen die een ander systeem gebruiken om schoolcijfers te bepalen. In Europese landen zoals België, Duitsland, Verenigd koninkrijk, Frankrijk en Spanje wordt overal het cijfer gebaseerd op het behaalde percentage van punten (Scholaro, 2022).
Toch zijn er wel alternatieve aanpakken voor dit puntensysteem, Scandinavische scholen systemen staan wereldwijd aangeschreven als zeer succesvol. In Nederland, op de opleiding die ik heb genoten en de scholen waar ik op heb gewerkt en stage heb gelopen werd er altijd in enige zin gekeken hoe men in Scandinavië het aanpakt. Er zijn veel verschillen tussen hoe je als leerling door het Nederlandse schoolsysteem gaat ten opzicht van bijvoorbeeld die van Zweden. Leerplicht in Zweden verdwijnt bijvoorbeeld al op een leeftijd van 15 terwijl dit in Nederland pas na 18 is. Al geldt voor beide landen wel dat je dan minstens een soort diploma afgerond moet hebben. Daarbuiten wordt er anders gekeken naar het niveau van leerlingen die biologie volgen in de hogere jaren, leerjaar 10 tot en met 12, van het voortgezet onderwijs (Swedish National Agency for Education, 2022).
Een andere aanpak
Op Zweedse Gymnasieskola (hoger voortgezet onderwijs) geldt er een andere aanpak van toetsing als het aankomt op biologie. Het daar gehanteerde biologie onderwijs heeft als doel om leerlingen kennis bij te brengen over concepten, theoriën, modellen en methoden binnen de biologie. Ook wordt er aandacht besteed aan het belang van biologie in de maatschappij. Dit wordt ook zeer duidelijk gereflecteerd in de mate van toetsing. Hier hanteert men een tal van nauwkeurig gestelde gradaties, waarbij een hogere gradatie pas bereikt kan worden wanneer alle concepten op een vooraf bepaald niveau beheerst worden (Swedish National Agency for Education, 2022) .
Biologie onderwijs op Gymnasieskola is onderverdeeld in 3 subvakken, namelijk biologie 1, biologie 2 en biotechnologie. Vakken die logischerwijs de domeinen binnen de biologie afgaan, welke vrijwel volledig overeenkomen met de in Nederland gehanteerde syllabus. Ieder subvak heeft uitgebreid beschreven niveau’s waar leerlingen zich in kunnen bevinden op basis van hun niveau. Een hoger niveau kan pas worden behaald als de leerling al de vereisde onderdelen beheerst. De niveau’s starten bij niveau E (laagst) en gaan tot niveau A (hoogst). De niveau’s E, C en A zijn in detail uitgewerkte niveau’s terwijl niveau D en B een soort tussen niveau zijn. Indien een leerling deel E volledig en deel C deelst beheerst, zal deze in niveau D geplaatst worden (Swedish National Agency for Education, 2022).
Een voordeel hiervan is dat het voor de leerling duidelijk is welk doel er moet worden behaald, zonder dat er een stresvolle eindtoets zit gebonden aan ieder domein. Een leerling kan in plaats daarvan chronologisch een lijst met onderdelen af gaan en stapsgewijs naar een hoger niveau toe werken. Ook is het voor de docent makkelijk om doelgerichter en gepersonaliseerder onderwijs te bieden omdat het door dit systeem veel overzichtelijker wordt gemaakt op welke onderdelen een leerling vast loopt. Als in Nederland een leerling een 4 haalt moeten er toetsanalyses worden gedaan om vast te stellen welke delen van een domein de leerling niet beheerst. Vervolgend wordt er niks mee gedaan als er een 6 wordt gehaald maar er alsnog een deel niet wordt beheerst.
Visie op de toekomst van toetsing bij biologie
Ik zie het wel voor me, een Nederlandse versie van het systeem dat op Zweedse Gymnasieskola wordt gebruikt. Met daarbij een groep biologie leerlingen die thuis is in alle domeinen, en niet in slechts een aantal waarmee je de helft van aantal taalkundig complexe vraagstukken correct kan beantwoorden. Daadwerkelijk inzicht en kennis van modellen, theoriën, methoden en betekenis voor de maatschappij. Het zou betekenen dat we bij biologie zouden moeten afwijken van de momenteel gestandaardiseerde toetsmethodiek en het puntensysteem dat in ons land universeel is geïmplementeerd. Een alternatief is natuurlijk dat we dit systeem landelijk over zouden kunnen nemen, dat zie ik echter niet gebeuren. Het veranderen van het huidige systeem zal in Nederland enorme kosten en veel vraagtekens van leerlingen en ouders met zich meebrengen. Ouders zijn het ten slotte gewend dat je een eindtoets krijgt waarvoor je een cijfer krijgt. Als leerlingen dan ineens in een niveau worden ingedeeld op basis van hun kennen en kunnen is een grote verandering. Een verandering die voor sommigen onbegrijpelijk zal zijn.
Wat misschien wel mogelijk is, is een meer formatieve variant van huidige toetsen. Een toets die alsnog een cijfer geeft zodat dat het huidige systeem intact kan blijven maar met een bijkomende eis dat een lijst met niveau eisen formatief moeten worden afgerond om door te kunnen naar een volgend niveau. Dit zou voor sommige leerlingen vertraging kunnen opleveren maar door het invoeren van tussen niveau’s zouden ze met terugwerkende kracht deze eisen alsnog formatief af kunnen ronden. Dat zou betekenen dat voor ieder domein een formatief niveau (E tot en met A) wordt gebruikt met de eisen op basis van de syllabus met daarbij een procentuele summatieve beoordeling in de vorm van een cijfer.
Bibliografie
College voor Toetsen en Examens. (2021, juni 21). Biologie vwo syllabus centraal examen 2023. Opgehaald van Examenblad.nl: https://www.examenblad.nl/examenstof/syllabus-biologie-vwo-2023/2023/vwo/f=/biologie_vwo_versie_2_2023.pdf
de Groot, A. D. (1966). Vijven en zessen. Groningen: Wolters.
Högberg, B., Lindgren, J., Johansson, K., Strandh, M., & Petersen, S. (2021). Consequences of school grading systems on adolescent health: evidence from a Swedish school reform. Journal of Education policy, 36(1), pp. 84-106. doi:10.1080/02680939.2019.1686540
Katzman, S. D., Hurst-Kennedy, J., Barrera, A., Talley, J., Jazavon, E., Diaz, M., & Anzovino, M. E. (2021). The Effect of Specifications Grading on Students' Learning and attitudes in an undergraduate-level Celle Biology Course. Journal of Microbiology & Biology Education, 22(3). doi:https://doi.org/10.1128/jmbe.00200-21
Scholaro. (2022). Database: list of countries' education systems. Opgeroepen op September 24, 2022, van https://www.scholaro.com: https://www.scholaro.com/db/Countries
SLO. (2021, November 22). Handreiking SE Biologie: het examenprogramma. Opgeroepen op September 24, 2022, van https://www.slo.nl: https://www.slo.nl/handreikingen/havo-vwo/handreiking-se-bio-hv/examenprogramma/
Studying in Germany. (2012). German grading system. Opgeroepen op September 24, 2022, van https://www.studying-in-germany.org: https://www.studying-in-germany.org/german-grading-system/#:~:text=Grading%20System%20in%20German%20Universities,and%20100%25%20of%20your%20task.
Swedish National Agency for Education. (2022, Maart 25). Syllabus in upper secondary school in English. Opgeroepen op September 24, 2022, van Skolverket.se: https://www.skolverket.se/undervisning/gymnasieskolan/laroplan-program-och-amnen-i-gymnasieskolan/amnesplaner-i-gymnasieskolan-pa-engelska
Swedish National Agency for Education. (2022, November 2). This is the Swedish National Agency for Education. Opgehaald van skolverket.se: https://www-skolverket-se.translate.goog/andra-sprak-other-languages/english-engelska?_x_tr_sl=auto&_x_tr_tl=en&_x_tr_hl=nl
Verboon, P., & Peters, G.-J. Y. (2017). Inleiding regressieanalyse met R. Open Universiteit, Nederland.