De Axenroos

De Axenroos is een test waarin gedragingen van mensen geordend worden.

Uit de test komt naar voren wat voor type persoon je bent en wat jouw goede maar ook minder goede eigenschappen zijn. De persoonskenmerken die uit de test naar voren komen zijn gekoppeld aan een dier. Na de test kun je bij het dier kijken wat de uitslag is.

 

Lees de 80 onderstaande zinnen. Als de zin (bijna helemaal) klopt omcirkel je het cijfer.

Als je de 80 zinnen hebt gehad geef je in het schema (in de bijlage) aan welke nummers je omcirkeld hebt.

1.     Ik kijk de ander altijd goed aan.

2.     Ik vind het fijn als iedereen meedoet.

3.     Ik leen makkelijk iets uit.

4.     Ik ga makkelijk naar iemand toe.

5.     Ik krijg graag cadeautjes.

6.     Ik vertel meestal wat er is gebeurd.

7.     Ik geef graag een cadeautje aan anderen.

8.     Ik raak anderen makkelijk aan.

9.     Ik omhels weleens iemand.

10.  Ik kijk altijd goed om mij heen.

11.  Ik leg vaak iets uit aan anderen.

12.  Ik kan goed luisteren.

13.  Kinderen mogen bij mij op schoot zitten.

14.  Ik ga graag bij anderen op bezoek.

15.  Ik dring mezelf vaak naar voren.

16.  Ik bemoei me nergens mee.

17.  Ik bedank als ik iets krijg.

18.  Ik help graag.

19.  Ik ontwijk contact.

20.  Ik vertel anderen graag wat ik denk of heb meegemaakt.

21.  Ik geef anderen tips.

22.  Visite is altijd welkom.

23.  Ik geef anderen vaak een compliment.

24.  Ik knuffel graag.

25.  Ik ben een genieter.

26.  Ik ben het er vaak mee eens.

27.  Ik reageer niet gauw.

28.  Ik ben graag alleen.

29.  Ik houd van aandacht.

30.  Ik kan goed voor anderen zorgen.

 

31.  Ik ben meestal op mijn hoede.

32.  Ik waardeer het als iemand aardig is.

33.  Ik houd in de gaten of het goed gaat.

34.  Ik zeg wat ik fijn vind.

35.  Ik besteed tijd aan mijn vrienden.

36.  Ik vind mezelf oké.

37.  Ik toon belangstelling in anderen.

38.  Ik ga zelden in op uitnodigingen.

39.  Ik ben bang van iemand.

40.  Ik trek me nergens iets van aan.

 

41.  Ik sta voor anderen klaar.

42.  Ik zie er aantrekkelijk uit.

43.  Ik word graag verwend.

44.  Ik benoem dingen die niet goed gaan.

45.  Ik onthoud wanneer iemand jarig is.

46.  Ik mis soms mensen en ben dan verdrietig.

47.  Ik ben meestal stil.

48.  Ik deel graag uit.

49.  Ik vraag makkelijk om hulp.

50.  Ik vind het knap wat anderen kunnen.

 

51.  Ik leg uit hoe anderen het moeten doen.

52.  Ik zeg wanneer iemand fouten maakt.

53.  Ik neem snel de leiding.

54.  Ik laat het vaak maar gebeuren.

55.  Ik red mezelf wel.

56.  Ik vraag als ik het niet begrijp.

57.  Ik ruil of koop makkelijk.

58.  Ik houd me aan afspraken.

59.  Ik houd niet van aandacht op mij.

60.  Ik zeg wat goed is en wat niet.

 

61.  Als ik hard moet zijn, dan moet dat, geen punt.

62.  Ik luister meestal maar half.

63.  Ik moet het goed begrijpen voor ik iets ga doen.

64.  Ik kan goed geheimen bewaren.

65.  Ik accepteer iets alleen wanneer het echt goed is.

66.  Ik controleer alles op fouten.

67.  Als ik een aardigheidje of cadeautje krijg voel ik mij verlegen.

68.  Luisteren duurt me vaak te lang.

69.  Ik bewaar veel.

70.  Regels zijn vaak onduidelijk en zinloos.

 

71.  Ik volg adviezen meestal snel op.

72.  Ik weet meer dan dat ze denken.

73.  Ik ben vaak de woordvoerder.

74.  Ik ben een twijfelaar.

75.  Als ik iemand nodig heb verwacht ik dat diegene mij direct helpt.

76.  Ik ben graag op mezelf.

77.  Ik houd mijn mening voor me.

78.  Ik kan me goed aanpassen.

79.  Ik trek me niet gauw iets aan.

80.  Ik weet niet goed waar ik goed in ben.

 

Zoek het dier op die als sterkste uit de test kwam.pdf