De verpleegkundige als zorgverlener Leerdoelen Je kunt:
|
Inleiding
Het circulatiestelsel, oftewel het hart en de bloedvaten, is een belangrijk stelsel. Het hart zorgt ervoor dat alle organen via de bloedstroom worden voorzien van noodzakelijke stoffen en dat afvalstoffen worden afgevoerd. De hartfunctie is een van de vitale functies. Dat wil zeggen: functies die nodig zijn om de komende uren of dagen in leven te blijven. Als verpleegkundige monitor je de circulatie. Deze kennis heb je nodig om als verpleegkundige gezondheidsproblemen van de circulatie en de verpleegkundige zorg bij circulatieproblemen te begrijpen. (Bron: Zorgpad)
Voorbereiding
Lees ter voorbereiding op de les de theorie van het leerpad Het circulatiestelsel (Collectie: Zorg algemeen 4 VP) thema: Anatomie fysiologie.
6.2 Transportstelsel
Transportstelsel
Bouw van het hart
6.3 Hartwerking
Hartcyclus: systole en diastole
Prikkelgeleidingssysteem
6.4 Vaatstelsel
Vaten van de bloedsomloop
Circulatie en bloeddruk
6.5 Observatie van de circulatie
Observatie van de circulatie
Opdracht
Bekijk na het lezen van het huiswerk de leerdoelen. Noteer eventueel vragen voor tijdens de onderwijsactiviteit. De docent gaat hier begin van de onderwijsactiviteit op in tijdens een onderwijsleergesprek.
Opdracht studieactiviteit
Maak de onderstaande kennisopdrachten uit het leerpad Het circulatiestelsel (Collectie: Zorg algemeen 4 VP) thema: Anatomie fysiologie.
Onderwijsactiviteit
De docent inventariseert de vragen naar aanleiding van het huiswerk en de opdrachten die gemaakt zijn tijdens de studieactiviteit. Tijdens een onderwijsleergesprek behandeld de docent daarnaast het leerdoel: het effect van adrenaline op de hartwerking beschrijven.
Met de andere leerdoelen gaan jullie aan de slag in onderstaande kennisopdrachten uit het leerpad Het circulatiestelsel (Collectie: Zorg algemeen 4 VP) thema: Anatomie fysiologie.
Maak de keuze of je aan de slag gaat met kennisopdrachten over vaatstelsel (opdracht 1) of kennisopdrachten over hartwerking (opdracht 2). Bepaal dit op basis van je persoonlijke leervraag.
Opdracht 1
Opdracht 2