Muzikale ontwikkeling (leren)

Interesse tonen voor geluid (stimuleren van het gehoor);

·         bewegen op de muziek (opdoen van lichamelijke ervaring met maat en ritme);

·         een dier kunnen imiteren (expressief met de stem kunnen omgaan);

·         een liedje kunnen zingen op de juiste toonhoogte;

·         een geluid kunnen benoemen (stimuleren en ontwikkelen van het gehoor);

·         kunnen stilstaan als de muziek stopt ( opdoen van ervaring met muzikale tegenstellingen).

 

Creatieve ontwikkeling:

·         gekke stemgeluiden maken ( ontdekken van mogelijkheden in stemgebruik);

·         verschillende geluiden maken met een krant (experimenteren met klanken van materialen/instrumenten);

·         bedenken wat voor geluid een vogel maakt (stimuleren van de fantasie);

·         kunnen bewegen als een clown (stimuleren van de expressie in mimiek, houding en beweging).

 

Senso-motorische ontwikkeling:

·         zogenaamd een kaars uitblazen (ontwikkeling van stem en adem);

·         kunnen bewegen op marsmuziek (stimuleren va&grove en fijne bewegingen);

·         zich uitleven op dansmuziek (ontspanning en ontlading).

 

Cognitieve ontwikkeling:

·         een nieuw liedje kunnen zingen (ontwikkelen van taal, woordenschat, begrippen)

·         het juiste plaatje (dier) aanwijzen bij het geluid (stimuleren van de concentratie en het gehoor);

·         opdoen van ervaring met ruimte en lichaam (ontwikkelen van een basis voor rekenkundige begrippen).

 

Sociale ontwikkeling:

·         hand in hand kunnen dansen (rekening houden met elkaar);

·         kunnen wachten op hun beurt (rekening houden met elkaar).

Juiste toonhoogte? https://www.youtube.com/watch?v=PGY-OQLB9tU

Juiste plaatje aanwijzen https://www.youtube.com/watch?v=hLTtsuAJLxs

Dier immiteren https://www.youtube.com/watch?v=h3VS1tehm9A

Ze ontwikkelen een enorme fantasie. In hun spel spelen ze alles na wat ze meemaken, maar fantaseren ook over onwerkelijke dingen, zoals de sprookjeswereld. soms haalt een kleuter spel en werkelijkheid door elkaar. Hij wordt ineens echt bang van het spook.?

Kleuters van vier tot zeven jaar hebben een korte spanningsboog en vragen om korte, vaak herhaalde activiteiten. De drang tot spelen is nog heel groot.

Ze ontwikkelen een enorme fantasie. In hun spel spelen ze alles na wat ze meemaken, maar fantaseren ook over onwerkelijke dingen, zoals de sprookjeswereld. soms haalt een kleuter spel en werkelijkheid door elkaar. Hij wordt ineens echt bang van het spook.?

Kleuters leren het beste door te doen, te ervaren. Ze kunnen ook een thema dat op verschillende manieren wordt aangeboden, herkennen. Ze kunnen verbanden leggen tussen verschillende dingen, zoals zacht-luid, langzaam-snel.

 

 Kinderen van ongeveer acht tot twaalf jaar worden duidelijker handiger en zoeken naar uitdaging in hun spel. Ze kunnen vaardigheden als touwtje springen en ballen eindeloos oefenen. Rond hun twaalfde jaar zijn ze lichamelijk het behendigst.

Ze spelen heel veel samen, maar meisjes praten tijdens het spelen en jongens zoeken vooral actie. Door dit verschil spelen jongens liever met jongens en meisjes liever met meisjes. Op de speelplaats zijn spelletjes als de jongen tegen de meisjes favoriet.

Je kunt bij instellingen en als klassenassistent op scholen voor speciaal onderwijs met muziek een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kinderen. De muziekactiviteiten die je aanbiedt kunnen de volgende doelen hebben

 

 

Muzikale ontwikkeling

 

 

Creatieve ontwikkeling·   

 

 

Sensomotorische ontwikkeling

 

 

Cognitieve ontwikkeling

 

Sociale ontwikkeling

 

De theorie die hier onder staat met betrekking tot de ontwikkelingen hebben te maken met Methodisch werken.

Je zult moeten ontdekken wat de ontwikkel gebieden zijn van de diverse leeftijden en je moet weten wat er past bij een bepaalde leeftijd.

Ontwikkelingspsychologie heeft hier dus ook mee te maken.

 

Vanaf het moment dat een kind geboren is, is het druk bezig allerlei indrukken te verzamelen. Door aan te raken, te luisteren, te kijken, te proeven en ruiken ontdekt het de wereld om zich heen. dit noemen we de sensomotorische ontwikkeling.

 

Een baby maakt een enorme ontwikkeling door op het gebied van beweging: van liggen naar zitten, en na een jaar staan en lopen. Hij leert voorwerpen pakken en hanteren.

 

Kinderen van ongeveer anderhalf tot twee jaar worden dreumesen genoemd.

Deze kinderen kunnen over het algemeen lopen, en beginnen te praten. een dreumes leert de betekenis van voorwerpen, taal, geluiden enzovoort kennen. Plaatjes benoemen en aanwijzen is een favoriete bezigheid.

een dreumes leert vooral door anderen te herhalen en te imiteren, waardoor hij vooral concrete zaken leert begrijpen: op een stoel kan ik klimmen, een cadeautje pak ik uit en als we gaan eten moet ik mijn slab om.

Een dreumes wil steeds meer zelf doen: eten, aankleden.

Dreumesen spelen bij elkaar, maar nog niet met elkaar

  

Muziek en muziekspelletjes stimuleren de volgende ontwikkelingen bij het kind:

·         De zintuiglijke ontwikkeling: voelen, horen, zien

·         De sociale ontwikkeling: samen spelen, grenzen leren kennen en je er aan houden, wachten op je beurt.

·         De emotionele ontwikkeling: omgaan met spanning en emoties, fantasiespel, ik-besef.

·         De motorische ontwikkeling: evenwicht, balans, lichaamsbesef, ruimteoriëntatie, grote, grove, kleine en

                 fijne motoriek.

·         De spraak- en de taalontwikkeling: het spelen met klanken, goed articuleren, mondmotoriek, uitbreiden

                 van de woordenschat, ritmisch spreken met de juiste intonatie.

·         De muzikale ontwikkeling: imiteren, zingen, bewegen, dansspelletjes, spelen op instrumentjes, structuur,  

              vorm en betekenis.

·         De cognitieve ontwikkeling: concentratie, lichaamsdelen leren kennen, begrippen als: in, op, onder, boven

             en naast.