De grondstof voor de meeste kalkmeststoffen is koolzure kalk (CaCO ) die in enorme hoeveelheden in verschillende vormen in de natuur voorkomt (kalksteen, kalkmergel, schelpen). In ons land zijn de Limburgse mergel en de Winterwijkse dolomietmergel bekend. Deze laatste bevat naast calcium‑ ook magnesiumcarbonaat.
De functie van kalk bij de plantengroei
Kalk heeft vele functies. Plant, mens en dier hebben kalk nodig voor de opbouw van hun lichaam.
De functies van calcium zijn:
Kalk en de grond
Maar ook de grond kan niet zonder kalk, wil hij in goede conditie blijven en een gezonde plantengroei mogelijk maken.
De redenen zijn:
Kalk en pH
Een goede kalktoestand geeft een stabielere bodemstructuur en maakt de grond minder gevoelig voor structuurbederf.
Kalk heeft invloed op de opname van andere elementen, voedingsstoffen.
Zo is magnesium bij lage pH moeilijk opneembaar, maar wordt gemakkelijker opgenomen naarmate de pH hoger is. Andere elementen die in een zuur milieu oplosbaar zijn en bij overmaat voor de plant giftig zijn, worden vastgelegd. Dit geldt voor mangaan, ijzer en aluminium die in zure gronden oplossen en dan in een overmaat aanwezig zijn, waardoor ze giftig kunnen werken.
Ook een te hoge pH is niet goed. Bij een te hoge pH worden een aantal nuttige elementen te sterk aan de bodem gebonden en zijn dan voor de plantenwortel onbereikbaar. Bij een te hoge pH kan zo een tekort ontstaan aan mangaan, ijzer, borium en zink.
De kalktoestand van de grond loopt langzaam maar zeker terug.
Dit komt door:
Kalkmeststoffen en hun werking
De werkzame stof van kalkmeststoffen wordt niet aangegeven in %, maar in zuurbindende waarde (z.b.w.).
Wil een kalkmeststof goed werken, dan moet ze fijn verdeeld door de grond komen. Dit is alleen mogelijk als de kalk zeer fijn en droog is. Op kalkzakken wordt de fijnheid aangegeven. Op een zak landbouwpoederkalk staat bij voorbeeld: garanties 60% zuurbindende waarde, 80% fijnheid door de zeef 0,25 mm.
Kalkmeststoffen zijn in vele soorten te koop
We kunnen bijvoorbeeld de volgende indeling maken.
a) Kalkmeststoffen zonder nevenbestanddelen:
b) Kalkmeststoffen met magnesia:
c) Kalkmeststoffen met meerdere nevenbestanddelen: