Stap 4 - Wat 'zegt' de tekst?

➜ Lees het theorieblok over deelonderwerpen hieronder. Beantwoord daarna de vragen.
➜ Zet een print screen van je antwoorden op de vragen van opdracht 1 - stap 4 in Seesaw en zet een link in je logboek in Egodact.

 

Theorie: Deelonderwerpen

Een tekst is meestal verdeeld in een inleiding, een kern en een slot. Nadat de lezer in de inleiding nieuwsgierig is gemaakt naar het onderwerp, volgt de kern van de tekst. De kern is het tekstdeel met de meeste alinea’s. Hierin worden verschillende stukjes van het onderwerp besproken: de deelonderwerpen. Een tekst met als onderwerp ‘school’ heeft bijvoorbeeld als deelonderwerpen ‘leraren’, ‘schoolvakken’ en ‘het rooster’.

Elke alinea bevat een deelonderwerp. De belangrijkste informatie over het deelonderwerp staat vaak al in de eerste zin van de alinea. Is het een groter deelonderwerp, dan gaan soms meer alinea’s over dat ene deelonderwerp.

Om een deelonderwerp te vinden, moet je eerst goed weten wat het onderwerp van de tekst is. Daarna lees je de tussenkopjes en van elke alinea de eerste zin. Gaat de alinea over een nieuw stukje van het onderwerp? Dan heb je een nieuw deelonderwerp gevonden.

 

Beantwoord na het lezen van de theorie de vragen:

3. Hieronder zie je 11 stellingen over Mars. Zijn ze juist of onjuist? Zoek het antwoord in de tekst.

Tekst 'Onderzoekers vinden de beste woonlocatie op Mars'