4.4 VEILIGHEID
Bij het varen met buitenboordmotor heb je een grotere snelheid dan met roeien of wrikken.
Het is daarom belangrijk dat allen die aan boord zijn op de doften zitten.
Door de grotere snelheid ligt de boot tijdens het varen behoorlijk achterover.
Om de boot gestrekter in het water te krijgen kan één passagier plaats nemen op het voordekje. Minder achterover liggen geeft meer snelheid door het water en een beter uitzicht naar voren voor de "stuurman of -vrouw".
*Houd rekening met het feit dat als de boot harder kan (dus niet gaat...) de bestuurder een klein vaarbewijs A in zijn of haar bezit moet hebben.
Bovendien moet de uitrusting dan aan allerlei extra voorwaarden voldoen. Een boete kan al gauw oplopen tot € 800* (MJ)
Aan de buitenboordmotor is een speciaal koordje bevestigd dat door degene die vaart om de pols van de hand, waarmee het gashandle bediend wordt, gedaan moet worden.
Wanneer het koordje strak komt doordat er iets met de stuurman of -vrouw gebeurt, zal de motor automatisch stoppen.
Het koordje heeft dus de functie van een soort "dodemansknop".

Dat iedereen in de boot een reddingsvest draagt is vanzelfsprekend!
REDDINGSVEST AAN!