Keuzeopdracht 3

Kies zelf een probleem of onderwerp. Dat kan zijn:
Het vuilnis buiten zetten, was opvouwen of andere klusjes waar je zó geen zin in hebt: kan dat niet anders? Of misschien wil je lekker ver op vakantie, maar vlieg je liever niet vanwege het klimaat. Of: waarom moet ik naar school?

Hoe los je dat op? Een ‘goed probleem’ geeft antwoord op de vragen: wie, wat, waar, wanneer, hoe en waartoe. Door dit voor jezelf helder te maken, kun je later gerichter zoeken informatie.

Stap 1 is dus bepalen wat je gaat onderzoeken.

Stap 2 is bepalen hoe je het gaat doen:

Maak een overzicht voor jezelf. Wat moet ik allemaal doen en wanneer moeten die taken af?

Wanneer moet het af? Wat gaan we verzamelen? Wanneer gaan we deelvragen maken en beantwoorden? Hoe gaan we presenteren?

Stap 3 is het doen:

  1. Verzamel informatie.

  2. Verwerk de informatie in je presentatie.

  3. Geef antwoord op de deelvragen en de hoofdvraag.

Stap 4 is laten zien (presenteren):

Stap 5 is reflectie.

Hier geef je voor jezelf aan wat er goed ging bij je onderzoek of wat juist een uitdaging was. Als je samenwerkte: hoe ging het samenwerken?