Engelse werkwoorden in het Nederlands
In de Nederlandse taal komen steeds meer woorden voor, die hun oorsprong in een andere taal hebben. De woorden 'überhaupt' en 'sowieso' komen uit het Duits, 'chauffeur' en 'gourmetten' zijn afkomstig uit het Frans, 'incasso' en 'replica' kennen een Italiaanse oorsprong. De officiële term hievoor is leenwoord. Verreweg de meeste leenwoorden komen uit het Engels: airbag, barbecue, computer, display, e-mail... en ga zo maar door!
Ook steeds meer werkwoorden (faxen, whatsappen, deleten, streamen, ...) nemen we vanuit het Engels over in het Nederlands, maar - en nu komt het! - die vervoegen we zoals Nederlandse werkwoorden. Dat klinkt moeilijk, maar als je eenmaal door hebt hoe het moet, valt het mee. Let op, hierna volgt er een korte instructie.
Neem bij voorbeeld het werkwoord 'timen'. De ik-vorm in de tegenwoordige tijd hiervan is 'ik time' mét een -e, want die is toegevoegd voor de uitspraak anders staat er 'ik tim'. Vergelijk: deleten -> 'ik delete', niet 'ik delet'. Voor de verleden tijd luister (!) je naar de laatste klank van die ik-vorm, waarbij je het sexy fokschaap en de bromvliegzwaan er weer even bij kunt halen. Check dit: 'ik time' spreek je uit als 'ik taajm', op het einde hoor je een m dus de verleden tijd is... 'ik timede', en ook 'wij timeden' (NIET 'wij timden') et cetera. En check dit: 'ik delete' spreek je uit als 'ik dieliet', op het eind hoor je een t dus de verleden tijd is... 'ik deletete', en ook 'wij deleteten' (NIET 'wij deletten') et cetera. De voltooide deelwoorden (VD) zijn respectievelijk 'getimed' en 'gedeletet', de bijvoeglijke naamwoorden (BN) zijn daar weer van afgeleid en zijn dus 'getimede' en 'gedeletete'. Dat laatste ziet er raar uit, maar het klopt helemaal. Voor een uitgebreidere uitleg, bekijk je bijgevoegde link!