Instaptoets: Start

Je hebt nu een stukje theorie gehad; als het goed is, weet je nu hoe je de verleden tijd, de voltooide tijd en het bijvoeglijk naamwoord (dat afkomstig is van het voltooide deelwoord) vorm moet geven. Hierna komt Start, de instaptoets, waarin al deze vormen door elkaar gevraagd worden. Het zijn 20 invulzinnen en tussen haakjes staat wat je moet invullen: TT is Tegenwoordige Tijd, VT is Verleden Tijd, VD is Voltooid Deelwoord en BN is het Bijvoeglijk Naamwoord. Aan het einde van de toets zie je de score. Veel succes ermee!