Periode 3 les 4 Werkexploratie & Digitaal Burgerschap
Aan het eind van deze les:
kun je benoemen waarom het belangrijk is om kritische denkvaardigheden te ontwikkelen;
weet je welke vaardigheden horen bij kritisch denken;
heb je een groepsgesprek gevoerd waarin je kritische denkvaardigheden toepast.
Theorie
Wat is kritisch denken?
Om goed te kunnen meedraaien in onze samenleving is het belangrijk dat je kritisch leert denken. Bij een kritische denkhouding is het belangrijk dat je leert om te luisteren naar anderen, open te staan voor andere meningen en standpunten. Daarnaast leer je ook om kritisch te kijken naar je eigen mening door deze te onderbouwen.
Onder kritische denkvaardigheden wordt verstaan:
informatie (-bronnen) op waarde weten te schatten en daarbij het onderscheid kunnen maken tussen argumenten, beweringen, feiten en aannames;
het perspectief van anderen kunnen innemen;
kunnen nadenken over hoe eigen opvattingen, beslissingen en handelingen tot stand komen.
Voorwaarden van een kritisch groepsgesprek
Om het gesprek aan te gaan in de klas in het van belang dat er een veilige omgeving is. Zonder veilige omgeving is er geen ruimte om uit te durven komen voor een mening of respectvol naar elkaars mening te luisteren. Daarnaast kan het ook prettig zijn om een aantal basisregels met elkaar te formuleren. Denk bijvoorbeeld aan:
Wij luisteren naar elkaar;
Wij laten anderen uitpraten / praten niet door elkaar heen;
Wij respecteren de mening van anderen;
Wij proberen anderen niet over te halen;
Er is geen goede of foute mening, wel een onderbouwde mening;
We schreeuwen niet en gebruiken geen scheldwoorden.
Opdracht 1A: Foto’s kritisch bekijken
Vorm samen met iemand anders een tweetal. Kies daarna één van drie foto’s hieronder uit. Daarna ga je samen met je maatje de volgende vragen beantwoorden:
Waar denk je als eerst aan als je de foto ziet?
Wat zie je?
Welk onderwerp staat hier centraal?
Wat vind je ervan?
Wat betekent dit beeld voor jou?
Wat maakt dat je dit (on)belangrijk vindt?
Wat kan dit beeld voor anderen betekenen?
Opdracht 1B: Klassikaal foto’s bespreken
Je hebt net de vragen beantwoord met je maatje. Klassikaal wordt nu elke foto nabesproken.
Wat zijn de antwoorden die zijn gegeven op de vraag?
Welke overeenkomsten zitten in jouw antwoorden en die van je klasgenoten?
Wat zijn de verschillen in de antwoorden?
Wat heb je gehoord waar je zelf nog niet over had nagedacht of nog niet had gezien?
Wat heeft je aan het denken gezet?
Opdracht 2A: Kritisch leren denken
We passen kenmerken van kritisch denken toe op een casus waar we allemaal mee te maken hebben: beroepsonderwijs in Nederland. Bij kritisch denken gaat het om het formuleren van jouw visie of mening. Bij deze opdracht doen we dat aan de hand van de volgende stelling:
“Als je goed bent in je vak, is een goede beroepshouding niet zo belangrijk”
Bij deze opdracht werk je in een tweetal. Je oordeel of je mening stel je nog even uit. Jullie krijgen de opdracht om aandacht te besteden aan de volgende deelopdrachten:
Bedenk minimaal drie argumenten voor en drie argumenten tegen de stelling. Noteer de argumenten kort en bondig.
Verplaats je nu naar een werkgever. Wat zijn twee argumenten die een werkgever kan hebben over deze stelling?
Verwoord nu allebei je eigen standpunt. (Ben je voor- of tegen de stelling?)
Kies individueel een sterk argument waarmee jij je mening ondersteunt.
De voorstanders vormen nu een groep, en de tegenstanders ook.
Zowel de voor- als de tegenstanders kiezen hun beste twee argumenten en iemand uit elke groep gaat dit verwoorden.
Iemand uit de groep voorstanders houdt een kort betoog, en iemand uit de groep tegenstanders doet dat ook.
Studenten uit de twee verschillende groepen stellen elkaar nu vragen en doen een poging om feiten, meningen en interpretaties van elkaar te scheiden. Hier mag je ook het bord voor gebruiken.
Bedenk nu voor jezelf: zijn er argumenten genoemd waardoor je bent gaan twijfelen of waardoor je zelfs van mening zou willen veranderen?
Welke conclusies kunnen jullie als groep trekken als het gaat om de stelling?
Opdracht 2B: Nabespreken
Voer samen met je klasgenoten en docent een leergesprek over de volgende bespreekpunten:
Welke vaardigheden zijn belangrijk bij kritisch denken?
Hoe gaan mensen in deze groep om met kritiek op hun standpunt of mening?
In welke mate lukt het om je eigen standpunt te verwoorden?
Welke van de genoemde argumenten heb je als ‘sterk’ ervaren?
In welke mate werd de mening van een ieder in de groep gerespecteerd?
Wie heeft zijn of haar mening tijdens deze les geheel of gedeeltelijk bijgesteld?
Noem een situatie waarbij je de vaardigheid ‘kritisch denken’ beslist nodig hebt?
Checklist periode 3
Om periode 3 te behalen dienen onderstaande opdrachten in jouw digitaal porfolio aanwezig te zijn en voldoende te worden beoordeeld.