Jullie gaan in subgroepen op zoek naar verschillende interventies die je zou kunnen toepassen op bijvoorbeeld stage en bundelen deze actviteiten in een map. Elke map moet ten minste een prikkelende activiteit bevatten die:
- is uit te voeren in de woonomgeving (denk aan huishoudelijke karweitjes, maar ook bijvoorbeeld reminiscentie)
- is uit te voeren in de gemeenschappelijk ruimte
- die te maken heeft met lichaamsbeweging
- de uit te voeren is in de snoezelruimte
Daarnaast moet er voor elke fase van dementie een geschikte activiteit in de map te vinden zijn. Beschrijf dan ook per activiteit voor welke fase van dementie dit past.