Opdracht 3 bestaat uit 3 onderdelen
3.1
3.2
3.3
Opdracht 3.1
Ethiek betekent dat je nadenkt over goed handelen. Centraal staat de vraag naar wat goed is om te doen in bepaalde situaties. Iedereen heeft hier wel eens mee te maken, want elk mens handelt vanuit bepaalden ideeen, intuities of gevoelens. Als zorgverlener heb je een bijzondere rol in de zorg voor anderen die kwetsbaar zijn. Ethiek is dan erg belangrijk. Je wordt geacht te handelen op basis van zorgzaamheid, zorgvuldigheid, intergriteit en vertrouwen.
Ethische vragen zijn vragen over goed en kwaad. De antwoorden erop worden vaak gegeven in de vorm van 'mag'- of 'moet'- zinnen.
De gezondheidszorg maakt een snelle ontwikkeling door. Binnen en buiten de gezondheidszorg komen voortdurend nieuwe vragen naar voren, waarop een ethisch antwoord nodig is.
Tevhnologie vindt steeds meer zijn weg in de zorg. Als zorgverlener zul je bijvoorbeeld de vraag moeten stellen of er bij de toepassing van technologie sprake is van kwalitatief goede en veilige zorg.
De beschikbaarheid van technologie voor de zorg schept nieuwe vraagstukken. Hier moet je iets mee, je moet een mening vormen als individu en beroepsgroep, maar ook de overheid moet er iets mee. Een belangrijke norm in de zorg is verantwoorde zorg. De definitie hiervan is, volgende de inspectie voor de gezondheidszorg 'zorg van goed niveau die doeltreffend, doelmatig en patientgericht wordt verleend en die afgestemd is op de reele behoeften/ verwachtingen van de client. De inzet van technologie moet dus ook aan bepaalde normen voldoen. Een belangrijke vraag is dus: Levert de inzet van ( een bepaalde ) technologie een bijdrage aan verantwoorde zorg? Als je een ethisch oordeel vormt, is het belangrijk dat je het vraagstuk vanuit verschillende perspectieven bekijkt.
Technologie in de zorg creert mogelijkheden. Het kan bevoorbeeld de veiligheid van de clienten vergroten, of hen minder afhankelijk maken van de zorgverlening. Maar ethiek speelt als snel een rol. Zie onderstaand voorbeeld
Ethische vragen bij de slimme vloer zijn bijvoorbeeld:
* Mogen hulpverleners gevolgd worden in hun werkzaamheden met een slimmem vloer?
* Moeten er maatregelen komen zodat deze informatie niet bij de leidinggevende( n) belandt?
* Welke dat mogen verzameld worden door een slimme vloer?
* Op welke manier moeten de data worden bewerkt en bewaard?
Gelukkig hoef je in het dagelijks werk niet steeds af te vragen welke handeling goed is en
welke fout. Veel ethische vragen worden beantwoord door:
* Geldende wetgeving
* Beroepscode
* Beroepsethiek
* Protocollen en richtlijnen
* Aanvullende voorwaarden in een arbeidsovereenkomst
Geldende wetgeving
In de wet zijn veel ethische zaken geregeld. Je mag niet stelen, iemand mishandelen of
iemand vermoorden. Deze wetgeving regelt dus ook meteen een aantal zaken in je beroep.
Een beroepscode
Sommige beroepen hebben een zogenaamde beroepscode. Een beroepsc
ode is een document met normen en waarden die gelden voor de uitoefening van een beroep. Vaak is de code opgezet door een beroepsvereniging. De code beschrijft de waarden en normen
waaraan medewerkers in een bepaald beroep moeten voldoen.
Een beroepscode is geldig voor de leden van een beroepsvereniging. Omdat het niet verplicht is om lid te zijn van een beroepsvereniging, heeft het net naleven van de beroepscode dan ook geen grote juridische consequenties. Iemand die zich niet houdt aan de code kan alleen
het lidmaatschap van de beroepsverenging afgenomen worden, maar kan niet uit het beroep gezet worden. Dit is anders voor artsen en verpleegkundigen. Zij kunnen bij het niet naleven van de geldende regels geschorst worden voor het leven en kunnen op die manier hun beroep niet meer
uitoefenen.
De beroepsethiek
Binnen veel beroepen bestaan geschreven en ongeschreven normen en waarden voor het
professioneel uitvoeren van je beroep. Deze verzameling regels noemen we de beroepsethiek. Je hebt te maken met formele en informele normen en waarden:
Formele waarden: deze waarden zijn vastgelegd in protocollen en regelingen.
Informele waarden: deze zijn niet beschreven en op papier gezet. Het zijn algemene
regels die iedereen vanzelfsprekend vindt.
Protocollen en richtlijnen
In protocollen en richtlijnen van een organisatie staat vaak wat wel en wat niet is
toegestaan. Sommige van deze protocollen en richtlijnen gaan ook over ethische kwesties.
Denk hierbij maar eens aan protocol ongewenste intimiteiten, vermoeden mishandelen,
maar ook het wel of niet inzetten van vrijheidsbeperkingen maatregelen.
Aanvullende voorwaarden arbeidsovereenkomst
Soms leggen werkgevers ethische kwesties vast in aanvullende voorwaarden van de
arbeidsovereenkomst. Hierbij kun je denken aan geheimhoudingsplicht, het niet mogen
aannemen van geld en geschenken van cliënten, het niet aan gaan van een intieme relatie
met een cliënt of diens familie.
Ethisch dilemma's
Sommige dilemma’s zijn ingewikkeld. Het is niet duidelijk wat je moet doen, welke keuze
juist is en welke niet. We spreken dan van een ethisch dilemma. Kenmerken van een ethisch
dilemma zijn:
•Je moet kiezen uit twee of meer keuzes
•Het onderwerp gaat over waarden en normen
•Je hebt de keus uit oplossingen die ongewenst zijn (voor cliënt, medewerker,
organisatie) of niet ideaal zijn. Er is dus geen juiste keus te maken
•Je hebt te maken met tegengestelde meningen en argumenten
Opdracht
Bij het gebruik en inzet van inzet technologische hulpmiddelen in de zorg spelen een aantal wetten een rol. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
Kies één of meerdere wetten uit en toets deze op de inzet van 1 van de hulpmiddelen die bij jou op de afdeling worden gebruikt, of die je kent uit een stage. Wordt voldaan aan de eisen die deze wet stelt of wordt er op bepaalde punten niet volgens deze wet gehandeld? Ga voor jezelf na hoe deze wetten van toepassing zijn op de inzet van het hulpmiddel en waarom er volgens jou wel of niet wordt gehandeld volgens de wet.
Opdracht 3.2
Bekijk onderstaande video over zorgðiek
Lees vervolgens onderstaand document en haal er uit wat voor jou interessant is en wat je wil toepassen op je afdeling.
https://nictiz.foleon.com/nictiz/e-health-en-ethiek/het-belang-van-ethiek-bij-e-health/
Inmiddels heb je veel informatie verkregen over ethiek in relatie tot zorgtechnologie. Met deze nieuwe informatie heb je wellicht een nieuwe visie kunnen ontwikkelen op jouw normen en waarden rondom dit thema.
Nu ga je hiermee aan de slag. Bekijk onderstaande video en bedenk welke ethische vraagstukken hierover kunnen ontstaan. Wat is jouw kijk hierop en pas de theorie die je hierover hebt gehad toe.
Opdracht 3.3
Je gaat weer een nieuw onderwerp toevoegen aan je casus, deze heeft betrekking op ethiek. Bedenk een ethisch dilemma die van toepassing is op de situatie in jouw casus. Beschrijf hoe dit er uit ziet en wie erbij betrokken zijn. Beschrijf welke manier er door jou, je collega's of de zorginstellingen omgegaan is/wordt met deze situatie. ( je hoeft niet helemaal het stappenplan dat hierboven benoemd is uit te werken, maar je vertelt wel iets over hoé er mee omgegaan is/ wordt)