Ruwvoeders

Voedermiddelen(Ruwvoer).docx

1. Verklaar waarom het geven van ruwvoer kan bijdragen aan het verminderen van gedragsafwijkingen bij grazende herbivoren.

 

2. Wat zijn de risico’s van een te laag aandeel ruwvoer in de rantsoenen van herbivoren?

 

3. Wat voor soort voedermiddelen zijn geschikt voor ‘browsers’? Leg uit waarom.

 

4. Waarom is het belangrijk om de voederwaarde van partijen ruwvoer (hooi, browse, luzerne) te laten vaststellen door een laboratorium?

 

5. Welke kenmerken heeft goede kwaliteit grashooi?

 

6. Naarmate   gras   en   luzerne   ouder   worden   verandert   de   voederwaarde.   Welke veranderingen in de voederwaarde treden op?

 

7. Wat is het verschil tussen grashooi en kuilgras? Welk product is het best bruikbaar in de dierentuinpraktijk? Waarom?

 

8. Luzernehooi verliest gemakkelijk blad. Wat zijn de consequenties hiervan?

 

9. Waarom produceren veel meerjarige planten gifstoffen in het blad?

 

10. Bedenk nu zelf drie relevante mogelijke toetsvragen uit dit hoofdstuk.