Begrippenlijst

Droog klimaat

- Klimaat waar weinig tot geen neerslag valt

Gematigd klimaat

- klimaat waar het in de zomer nooit erg warm en in de winter nooit erg koud wordt

Gematigde zone

- Luchtstreek tussen 23,5° en 66,5° graden NB en ZB

Klimaat

- Het gemiddelde weer ( tmeperatuur en neerslag) gemeten over een lange periode van tenminste 10 jaar

Klimaatdiagram

- grafiek die een overzicht geeft van de gemiddelde temperatuur en neerslag in een gebied

Landschapszone

- een groot gebied met een bepaalde plantengroei

Luchtstreek

- temperatuurzone op aarde. Er zijn er drie: de tropische, de gematigde en de koude zone

Poolklimaat of koud klimaat

- klimaat waar het altijd koud is. Op de toendra nooit warmer dan 10°C en bij de polen nooit boven 0°C 

Poolstreken

- luchtstreek boven 66,5° NB en ZB

Toendra 

- Landschap in de loude zone waar geen bomen meer groeien, maar wel grassen

Tropische zone

- Luchtstreek rond de evenaar, tussen 23,5° NB en ZB

Tropisch klimaat

- warm en vochtig klimaat inde tropische zone, waar de temperatuur altijd hoger is dan 18°C

Weer

- temperatuur, neerslag en wind op een bepaalde plek op een bepaald moment