Antwoorden eindopdracht
Antwoorden eindopdracht
- D. Het berekenen van een winkans
- A. De actualiteit
- De goede indeling is:
alinea 1 (begint bij:) Deze week .... (eindigt:) .... een lot gekocht!
alinea 2 (begint bij:) Hoewel, iets zegt .... (eindigt:) .... er niet op rekenen.
alinea 3 (begint bij:) Ter vergelijking: .... (eindigt:) .... uw inzet uitkeren.
alinea 4 (begint bij:) De Staatsloterij .... (eindigt:) .... doen aan loterijen.
alinea 5 (begint bij:) Dankzij noest speurwerk .... (eindigt:) .... verzamelde werken.
alinea 6 (begint bij:) Let ook eens .... (eindigt:) .... nóg beroerder.
alinea 7 (begint bij:) Het valt me .... (eindigt:) .... Succes! Ionica.
- inleiding = 1
middenstuk = 2 t/m 6
slot = 7 (laatste)
- B. conclusie
- 2 = slecht in het bereken van je kans
3 = de spaarrekening
4 = belasting voor mensen die slecht zijn in wiskunde
- 2 = Hoewel = tegenstelling
3 = Ter vergelijking = vergelijking
4 = daarentegen = tegenstelling
- C. overtuigen
Het doel is vooral mensen ervan overtuigen niet deel te nemen aan loterijen. De wiskunde leert dat dat dom is.
- C. column
- De deelnemers hadden onterecht niets gewonnen omdat ze misleid waren. Bovendien krijgen ze mogelijk zonder dat ze dat verwachtten, hun inleg terug.
- Je bent alleen gedupeerde als je al eerder een gokje (staatslot kopen) hebt gewaagd.
- Als je goed kan rekenen doe je niet mee omdat je zo goed als zeker (net als bij de belastingen) je geld kwijt bent.
- B. Door deel te nemen aan een loterij verbetert u de positie van mensen die begrijpen waarom je dat beter niet kan doen.