Tijdens een verhaal kan een personage zich in meer of mindere mate ontwikkelen. Die ontwikkeling uit zich meestal in de wijze waarop een personage leert; hij krijgt meer of nieuwe inzichten over zichzelf of anderen.
Een personage dat zich ontwikkelt noem je een round character. Een personage dat dit juist niet doet is een flat character. Vaak gaat het dan om typetjes: het personage is opgebouwd rond een enkele eigenschap die wordt uitvergroot, zoals de verleider, de slechterik of de optimist.
Een round character kan zich ontwikkelen op tal van eigenschappen. Een aantal voorbeelden zijn: