2.3 Decompensatio cordis

Met decompensatio cordis wordt bedoeld dat het hart niet goed meer werkt. Het hart faalt. Als de hartspier ziek is, zal hij niet meer perfect kunnen functioneren. Het hart zal het bloed dan onvoldoende doorpompen, omdat het daar niet meer voldoende kracht voor bezit.

Dit is het geval bij een ontsteking van de hartspier. Als de bloeddruk jarenlang verhoogd is, moet het hart altijd een extra inspanning leveren en wordt het hart steeds groter. Als de hartspier zich vergroot, wordt hij ook stijver. De verhoogde stijfheid van de hartspier zorgt ervoor dat het hart minder goed functioneert.
Als het hart de hele tijd overbelast is, zal het na een tijd ook gaan falen in zijn functie. Dit gebeurt als het hart constant extra veel bloed moet doorpompen. Dat is het geval als het bloedvatenstelsel overvuld is.

Symptomen

Zorgvragers met hartproblemen hebben de volgende klachten:

Door hartfalen treden er vaak slaapproblemen op. Vaak naar de wc moeten (door het gebruik van diuretica), kortademigheid bij platliggen, prikkelhoest (als bijwerking van ACE-remmers), maar ook angst voor benauwdheid of de dood, somberheid en piekeren verstoren de nachtrust.

Vochtophoping (oedeem) in de benen

Behandeling

Het doel van de behandeling van een zorgvrager met decompensatio cordis (hartfalen) is het zorgen voor een goede circulatie. Er wordt geprobeerd de hartfunctie van de zorgvrager te verbeteren. Maatregelen die hiervoor kunnen zorgen:

Nachtelijke kortademigheid is erg belastend voor de zorgvrager. Het is belangrijk dat de verpleegkundige overdag goede uitleg geeft over de oorzaken en het voorkomen hiervan.

Interventies zijn:

 

Bron: Ziekten van het hart, bloedvaten en bloed. (z.d.). Zorgpad. Geraadpleegd op 24 februari 2022, van https://zorgpad.digitaal.noordhoff.nl