2.1 Angina pectoris

De belangrijkste oorzaak van pijn aan het hart is een tekort aan bloeddoorstroming van de hartspier. Hierdoor ontstaat zuurstoftekort. Angina betekent letterlijk: ‘met gevoel van beklemming en verstikking gepaard gaande pijnlijke aandoening’. Pijn aan het hart door zuurstoftekort gaat ook gepaard met een gevoel van beklemming en verstikking en wordt angina pectoris genoemd. Pectoris betekent ‘van de borst’ in het Latijn.

Symptomen

Bij een aanval van angina pectoris begint de pijn bijna altijd achter het borstbeen, maar de pijn wordt vaak ook op andere plaatsen gevoeld. Een van deze plaatsen is de keel. Verder kan de pijn ook uitstralen naar de arm (meestal) links, rug of kaak.

Zorgvragers hebben tijdens een aanval van angina pectoris vaak de angst om dood te gaan. Ze kunnen het gevoel hebben dat ze geen lucht krijgen en vaak moeten ze ook zweten. Andere symptomen kunnen kortademigheid en vermindering van het bewustzijn zijn. De pijn kan in rust aanwezig zijn, maar wordt meestal door bepaalde omstandigheden veroorzaakt. Dit zijn:

Er zijn twee verschillende vormen van angina pectoris:

  1. stabiele angina pectoris

  2. instabiele angina pectoris

Stabiele angina pectoris

Stabiele angina pectoris is de vorm waar we het over hebben gehad. Als een arts het over angina pectoris heeft, heeft hij het over stabiele angina pectoris. Stabiele angina pectoris komt voor op momenten dat er door inspanning meer bloed naar het hart moet stromen, bijvoorbeeld bij inspanning, emoties, na een zware maaltijd en bij temperatuurwisselingen. Een aanval van stabiele angina pectoris duurt één tot vijf minuten. Stabiele angina pectoris gaat soms over in instabiele angina pectoris. Dit is het geval als de atherosclerose van de kransvaten ernstiger wordt.

Instabiele angina pectoris

Bij instabiele angina pectoris heeft de zorgvrager pijn op de borst, zonder dat hij zich inspant. Er is geen verhoogde bloedstroom naar het hart. Er stroomt niet genoeg bloed door de hartspier. Dit komt doordat er vaatspasmen in de kransvaten optreden: de vaten vernauwen zich onwillekeurig. De oorzaak van de vaatspasmen is een ernstige atherosclerose van de kransvaten. Instabiele angina pectoris duurt langer dan stabiele angina pectoris. Een aanval van onstabiele angina pectoris duurt meestal langer dan tien minuten. De klachten zijn erger dan bij stabiele angina pectoris en kunnen erg lijken op een myocardinfarct.

Zorgvragers met een aanval van angina pectoris ervaren vaak een gevoel van kramp op de borst.

Behandeling

De behandeling van angina pectoris heeft een aantal doelen. Ten eerste is de behandeling gericht op het verminderen van de pijn. Het tweede doel is om ervoor te zorgen dat er geen complicaties optreden door de verminderde zuurstof naar het hart.
Een ander doel van de behandeling is de angst die de zorgvrager heeft voor de pijn van angina pectoris te verminderen. Door angst zal het hart van de zorgvrager nog sneller gaan kloppen, waardoor de pijn niet verdwijnt. Hierna volgen de maatregelen die jij kunt nemen als verpleegkundige.

Verpleegkundige aspecten

Het allerbelangrijkste is dat je de arts meteen waarschuwt als een zorgvrager in het ziekenhuis een aanval van angina pectoris krijgt. Zorg ervoor dat je de arts zo veel mogelijk informatie kunt geven. In de rapportages en het dossier van de zorgvrager kun je nagaan of de zorgvrager eerder klachten heeft gehad. Ga na of de aanval van nu meer klachten geeft in duur en intensiteit dan de vorige.
Ga als volgt te werk:

Ten tweede is het belangrijk dat jij maatregelen neemt waardoor de pijn van de zorgvrager vermindert. De belangrijkste maatregelen hiervoor zijn:

Ook is het belangrijk dat je let op eventuele complicaties van de angina pectoris. Deze kun je op de volgende manier opsporen.

Verder wordt er van een zorgvrager die in het ziekenhuis een aanval van angina pectoris krijgt altijd een ecg gemaakt. Overleg duidelijk met de arts of er een ecg gemaakt moet worden vóór of na de toediening van vaatverwijdende middelen. Het is namelijk mogelijk dat de afwijkingen en/of aritmieën (onregelmatig ritme) na de toediening van de vaatverwijdende middelen niet meer te zien zijn. De arts is er dan al bij geroepen en hij zal de eventuele afwijkingen hierop bekijken.

Het is zeer belangrijk de angst bij de zorgvrager voor de pijn en de ziekte te verminderen. Dit doe je door hem goed voor te bereiden. Als de zorgvrager of zijn familie vragen heeft over zijn ziekte, geef dan uitleg. Als je zelf geen uitleg kunt geven, vraag het dan aan de arts of een andere verpleegkundige.

Het is ook belangrijk om de zorgvrager aan te moedigen om zijn angst voor de gevolgen van de ziekte uit te spreken. Bij ziekten van het hart kan angst extra problemen geven. Als de zorgvrager toch angstig blijft, ondanks uitleg over de ziekte en het bespreken van zijn eigen angsten, worden kalmerende middelen zoals sedativa en tranquillizers voorgeschreven om complicaties te voorkomen.

 

Bron: Ziekten van het hart, bloedvaten en bloed. (z.d.). Zorgpad. Geraadpleegd op 24 februari 2022, van https://zorgpad.digitaal.noordhoff.nl