Denken zoals een computer, computational thinking, daar gaat het in deze opdracht om.
Kan een computer eigenlijk net zo nadenken als een mens?
Nee, een computer is echter wel heel goed in het uitvoeren van opdrachten of instructies.
We geven een voorbeeld, zodat het verschil tussen een instructie voor een mens en voor een robot duidelijk wordt.
Als je in de woonkamer bent en je moet een pak melk uit de koelkast in de keuken halen, dan heb je aan deze instructie waarschijnlijk voldoende:
Haal een pak melk uit de koelkast.
We hoeven je niet uit te leggen dat je naar de keuken moet lopen, de koelkastdeur moet openen, het pak melk eruit pakken en de koelkastdeur weer dichtdoen.
Maar als we dezelfde instructie voor bijvoorbeeld een robot zouden moeten maken, dan komt deze er heel anders uit te zien.
De robot bedenkt namelijk niet zelf hoe hij in de keuken moet komen, de koelkastdeur moet openen, het pak melk moet pakken en de koelkastdeur weer moet dichtdoen.
Daarvoor moet de robot nauwkeurige instructies krijgen, bijvoorbeeld:
Om dit lijstje te maken moest je logisch nadenken en precies aangeven wat je bedoelde. Als je dat doet ben je bezig met computational thinking, denken als een computer. Het is dus eigenlijk iets in kleine stukjes opdelen. Je maakt een 'moeilijke' oplossing simpel.
In de rest van deze opdracht ga je instructies maken. Je noemt dat ook wel coderen of programmeren.
Normaal doe je dit door een programmeertaal te gebruiken. Een veelgebruikte programmeertaal is JavaScript. Wij zullen in volgende hoofdstukken gebruiken maken van een aantal programma's om dit te gaan leren! Waaronder code studio en Scratch.
Sommige van jullie kennen Scratch waarschijnlijk al, dus dan heb je een voorsprong!
In deze opdracht gaan we nog geen programmeertaal gebruiken, maar schrijven we instructies op papier!
Ga door naar §1.2