Ontvangen en geven van kritiek/feedback; omgaan met eigen fouten door dit te bespreken; reflecteren op resultaat en op proces; aangeven waar hij/zij goed/minder goed in is; achteraf controleren of de taak aan de (kwalitatieve) eisen voldoet.
Deze kaartjes kun je inzetten om kwaliteiten met de leerlingen te bespreken. Laat de leerling zelf hun goede en minder goede kwaliteit(en) kiezen. Bespreek aan welke kwaliteit de leerling wil werken en hoe hij dat wil doen.