Wat: |
De studenten bekijken twee betogen en vergelijken deze met elkaar. |
Hoe: |
De studenten bekijken in een groep (2-4 personen) de twee betogen. Zij gebruiken hiervoor een checklist. Ook geven zij aan wat ze goed en minder goed aan de betogen vinden. |
Hulp: |
|
Tijd: |
30 minuten |
Uitkomst: |
De studenten hebben inzicht gekregen, waaraan een goede betoog moet voldoen. |
Klaar: |
bestudeer de les over argumenteren |
|
|
Mbo’ers in de samenleving Een van de evenementen waar de mbo’ers in het zonnetje worden gezet is de landelijke mbo-ambassadeursverkiezing. In 2018 heb ik Zadkine op dit evenement mogen vertegenwoordigen. Ik heb hier laten zien wat het mbo voor mij betekent en wat dit voor anderen kan betekenen. De huidige maatschappij is heel erg neerbuigend over het mbo, vooral de politici stigmatiseren het mbo als laag. Dit kan en mag niet gebeuren! Zonder dat de maatschappij het zich realiseert, ziet men overal mbo’ers die wij niet kunnen negeren. Om deze reden pleit ik voor: een waardering voor mbo’ers.
Naar mijn mening is het volgen van een mbo-opleiding, een verrijking voor je persoonlijke ontwikkeling. Bij een mbo-opleiding word je namelijk heel specifiek opgeleid, in vergelijking met de generieke hbo- of wo-studies. Het is een feit dat het bedrijfsleven staat te springen om personeel dat niet alleen theoretische kennis heeft. De maatschappij vergeet dat de mbo’ers voordat zij de arbeidsmarkt op komen, praktische ervaring op doen. Je zou toch zeggen dat dit een groot pluspunt is?
Uit het onderzoek van de studentenvakbond JOB (2018) blijkt dat de mbo’ers in de meerderheid zijn. Volgens het uitgevoerde onderzoek studeerde in 2017 ruim 470 duizend studenten aan een mbo-school ten opzichte van 440 duizend hbo-studenten en 210 duizend wo-studenten. De politiek kan en mag onze mbo-doelgroep niet negeren, want wij hebben het talent om met onze handen te werken en niet alleen met ons hoofd. Dit is namelijk geen schande. Pieter Derks in een radio-uitzending verwoordde dit heel erg mooi: “Twee miljoen communicatiewetenschappers en niemand die een kraan kan repareren.” Geen enkele maatschappij is gebaat bij een kenniseconomie.
Jouke van Dijke, een hoogleraar aan de Rijksuniversiteit van Groningen beweert dat studenten die geen mbo-4 diploma of hoger behalen zich beter kunnen voorbereiden op een leven zonder werk. Hij voorspelt dat werk op niveau 2 (startkwalificatie) of niveau 3 zal verdwijnen. Ik ben het niet eens met zijn beweringen, natuurlijk leven wij in een samenleving die verandert en dan is het logisch dat ook de arbeidsmarkt mee verandert. Als je dit wilt opvangen, dan moeten het onderwijs en het bedrijfsleven de handen ineenslaan. Het bedrijfsleven kan echt niet zonder de vakmensen. Ik erken dat in sommige beroepenvelden, de robotisering een bedreiging is. Maar in sectoren zoals de zorg is het menselijke aspect van belang, waarbij contact tussen de zorgverlener en de patiënt wenselijk is.
Een vriend van mij deed een uitspraak, waar mijn nekharen van overeind gingen staan. Hij zei: “Het mbo is het afvoerpuntje van de samenleving.” Hij stelde dat de mensen die een mbo-opleiding volgen – ongemotiveerde en minder slimme studenten zijn. Deze personen zouden het toch niet maken in de wereld. Net als al die anderen stigmatiseert hij het mbo als laag. Hij realiseert het zich niet, maar overal zien we mbo’ers rondlopen; denk maar aan de bakker die de brood bakt of een chauffeur die men van A naar B brengt. Is iemand met een hbo-diploma succesvoller in vergelijking met iemand met een mbo-diploma?
Kortom, er zijn velen die iets over het mbo te zeggen hebben. Hun bevinden berusten op geen enkele onderzoek, waardoor hun argumenten als drogreden kunnen worden geclassificeerd. Ik roep hen op om het stigma van het mbo te doorbreken en hun de waardering geven dat het verdiend. Het mbo is talentvol, specialistisch en bovenal wij zijn de maatschappij.
Student van Zadkine, 2018
|
Geweld tegen hulpverleners en gezagdragers moet strenger bestraft worden
Ambulancebroeder Ron Sitek noemt zijn vak het mooiste vak ter wereld. Toch is hij na 38 jaar met vervroegd pensioen gegaan. Dit heeft hij vermeld tijdens een interview in het programma RTL Late Night op 26 oktober 2018. In zijn jaren als ambulancebroeder heeft hij vaak te maken gekregen met agressie. Dit ging van bespuugd worden tot doodsbedreigingen, hij zag het geweld tegen hulpverleners enorm toenemen. ``Het is het mooiste beroep, maar meer agressie en werkdruk´´. Aldus, Ron Sitek. In 2016 werden er in het hele land 7.502 mensen verdacht van geweld tegen hulpverleners. In 2017 waren dat er echter al 8.964, dat is een stijging van bijna 20%. Minister Edith Schippers van Volksgezondheid vind dat geweld tegen hulpverleners en gezagdragers onacceptabel is. Ik ben het volkomen met haar eens en ik pleit dan ook voor strengere straffen tegen geweldsmisdrijven tegen de hulpverleners en gezagdragers. Als de hulpverleners en gezagdragers te maken krijgen me geweld tegen hun, dan heeft dit betrekking tot de hele samenleving. De hulpverleners en gezagdragers zijn er om ons te beschermen en te helpen, als zij hun werk niet goed kunnen uitvoeren, dan betekent dit dat de burgers ook in gevaar komen. Ook durft de burger vaak niet in te grijpen bij geweldsincidenten tegen de hulpverleners. Als de hulpverleners en gezagdragers ons niet meer kunnen beschermen, wie doet het dan? Rechter Elianne van Rens geeft aan dat het geweld tegen mensen met een publieke taak hoger bestraft worden dan straffen bij de ‘’gewone burger’’. De strafvorderingsrichtlijn van het Openbaar Ministerie schrijft voor dat de eis tweemaal zo hoog moet zijn. Geweld tegen hulpverleners en gezagdragers kost ook nog eens extra tijd en geld. Als een Politieagent belaagd wordt, dan zal er meer Politie ter plaatsen moeten komen plus een ambulance als de politieagent gewond geraakt is. De gevolgen van geweld tegen hulpverleners en gezagdragers zijn niet te overzien, de werknemer kan in een depressie raken of de werknemer wilt zijn functie niet meer uitoefenen omdat hij/zij getraumatiseerd is. In 2016 werden er 7.502 mensen verdacht van geweldsincidenten tegen hulpverleners, in 2017 waren dit er 8.964. Dit is een toename van bijna 20 procent. Er moeten strengere straffen komen tegen geweldsincidenten van hulpverleners en gezagdragers omdat mensen dan meer nagaan denken voor zij geweld gebruiken. Nu is het zo als een persoon licht letsel aanricht bij een hulpverlener of gezagdrager krijgt hij of zij drie maanden gevangenisstraf opgelegd door de rechter, als dit zou worden verhoogd met twaalf maanden gevangenisstraf dan zal het geweld tegen hulpverleners en gezagdragers afnemen. Vele zullen zeggen dat hulpverleners en gezagdragers opgeleid zijn om met geweld om te gaan maar dat neemt niet weg dat zij net zoals de ‘’gewone burger’’ gevoelens hebben, zij kunnen ook bang worden, getraumatiseerd raken en er psychische klachten aan over houden. Daarnaast is het zo dat andere mensen deze banen niet meer zullen kiezen omdat zij denken dat zij ook te maken krijgen met geweld tegen hun, met als gevolg dat er een tekort komt aan hulpverleners en gezagdragers. Ook zullen er mensen zijn die zullen zeggen dat de ‘’gewone burgers’’ en hulpverleners en gezagdragers dezelfde straffen moeten krijgen omdat we allemaal gelijk zijn, we zijn allemaal gelijk maar we hebben allemaal verschillende rollen die wij vervullen in onze samenleving. Bovendien hebben de hulpverleners en gezagdragers de belangrijke taak om de burgers te beschermen en de orde te houden. Het is niet zo dat geweld tegen een Ambulancebroeder erger is als geweld tegen de plaatselijke bakker van het dorp, maar de hulpverleners en gezagdragers komen juist voor geweld op, dus het is dan ook belangrijk dat zij dit kunnen blijven doen en niet belemmerd worden in hun werkzaamheden. Kortom als er strengere straffen komen voor geweldsincidenten tegen hulpverleners en gezagdragers denkt iemand wel twee keer na voor hij/zij besluit geweld te gebruiken en zo voorkom je dat er een tekort komt aan hulpverleners en gezagdragers. De hulpverleners en gezagdragers moeten hun werk kunnen doen zonder belemmeringen, zodat de burger veilig een veilig bestaan kan leiden in onze samenleving. Concluderend de burgers, hulpverleners en gezagdragers moeten alle in veiligheid blijven want wie slachtoffers helpt mag zelf geen slachtoffer worden.
|