Soms geeft het waarnemingsgetal dat het vaakst voorkomt (grootste frequentie) de beste indruk van een rij waarnemingsgetallen. Dat getal heet de modus.
Let op: komen er twee of meer getallen voor die dezelfde grootste frequentie hebben, dan is er geen modus.
Voorbeeld:
Bereken de modus van de getallen 9 6 4 7 6 10 9 6 7
1. Zet de getallen op volgorde van klein naar groot.
4 6 6 6 7 7 9 9 10
2. Welk getal heeft de hoogste frequentie
Het getal 6 komt het vaakst voor.