Uitleg over have/has got (hebben)
Bij wat gebruik je: have got of has got? Has gebruik je alleen bij he, she en it. Je gebruikt het dus ook bij mensen, dieren en dingen in het enkelvoud, zoals my father (has), Mrs Spencer (has), the cat (has) en Laura (has).
Have got | Has got |
I = Ik | He = Hij |
You = Jij | She = Zij |
We = Wij | It = Het |
They = hun |
Namen zoals Mary, Lary, Tim etc. verander je naar persoonlijke voornaamwoorden
ik - I - (have got)
jij, u - you - (have got)
hij - he - (has got)
zij - she - (has got)
het - it - (has got)
wij - we - (have got)
jullie - you - (have got)
zij - they - (have got)