Lof der Zotheid
Voor de brief hebben wij vooral gekozen om de structuur ervan aan te houden, maar wel de informatie natuurlijk te koppelen naar onze ontvanger. Erasmus zelf start zijn brief met een introductie: hij beschrijft dat hij op zijn terugreis zijn tijd niet wilt verspillen, vervolgens denkt hij terug aan goede herinneringen met zijn vriend Thomas More (Erasmus, 2018). Wij doen dit ook, maar op de metro naar huis, dus een modern vervoersmiddel.
Na deze introductie geeft hij twee redenen aan waarom More dit boek fantastisch zou vinden: Ten eerste is de naamspeling tussen het woord 'Moria' en de achternaam 'More' interessant, want die lijken zoveel op elkaar. De tweede reden zou zijn omdat hij weet dat More het "geesteskind" van hem "zou waarderen" (Erasumus, 2018, p.7). Wij doen dit in onze brief ook: we geven aan waarom Simone dit boek fantastisch zou vinden. Erasmus vergelijkt More met Democritus, de Griekse filosoof. Wij vergelijken Simone met een muze, uitleg daarover staat in het kopje hieronder.
Na de introductie en vergelijking gaat Erasmus vervolgens over op wat voor impact dit boek zal hebben, hij geeft als het ware al gehoor aan wat de critici zullen zeggen. Hij begint eerst vooral erover dat het in tegenstrijd is met wat hij uitdraagt: dit niemendalletje is te "lichtzinnig", te "ongepast voor een theoloog" en "te agressief en strijdig met de ingetogenheid van een christen" (Erasmus, 2018, p.8). Wij hebben vervolgens ervoor gekozen deze uitspraken te koppelen naar het perspectief van een student, dit laat zien dat we de uitspraken die Erasmus doet in onze eigen context plaatsen.
Erasmus (2018) zegt ook dat het karakter van zijn Lof der Zotheid niet origineel is, dat andere schrijvers dit vaak hebben gedaan, hier geeft hij voorbeelden van schrijvers zoals Homerus, Vergilius en Ovidius (p. 8). Wij nemen dit over door meer hedendaagse schrijvers zoals Toonder, Van Kooten en de Bie en Jiskefet te gebruiken.
Tussendoor geeft Erasmus (2018) voortdurend aan dat dit project als een verzetje of pleziertje moet worden beschouwd, als een grap, hiermee reageert hij weer voortijdig op zijn critici die vinden dat "'de grapjes serieuze consequenties hebben'" (p.8). Wij willen in onze eigen lof vooral aangeven dat het niet serieus is en dat men op basis van de lof zijn mening over onze gedachten zou vormen. Daarom is de context zo belangrijk, die biedt houvast aan uitspraken en gedachten die worden gesteund door feiten. Een mening zonder feiten is futiel.
Ten slotte sluiten wij de brief af op precies dezelfde manier als Erasmus deed. We zeggen dan eerst de groet, vervolgens de karakter eigenschappen en dan de naam. De kreet erna is toch wel prachtig: "Verdedig energiek je zotheid" (Erasmus, 2018, p. 9).
Historiek.net
Onderstaande informatie komt van Historiek.net.
Kalliope: De muze van het heroïsch epos, het heldendicht, de filosofie en de retoriek. Werd beschouwd als de meest bekwame van alle Muzen en werd vaak afgebeeld bij een schrijftafeltje met schrijfgerei in de hand.
Thaleia: De muze van de komedie en feestvreugde. Vaak afgebeeld met een komisch masker en een kromstaf in de hand en een klimopkrans op het hoofd.