Door Michael Gäbler, CC BY-SA 3.0, Koppeling
De landbouw is in de afgelopen duizenden jaren sterk veranderd. Vroeger was er veel meer mankracht nodig om te zaaien en te oogsten. Tegenwoordig zijn er minder boeren, maar er wordt wel meer voedsel geproduceerd.
De eerste sector is de landbouwsector. Hierbij gaat het over bijvoorbeeld akkerbouw, veeteelt of visserij. De landbouwsector wordt steeds kleiner, maar er wordt wel meer voedsel geproduceerd. In Nederland is dit ook zo. Hier zijn ook ieder jaar minder boeren, maar er wordt wel meer eten gemaakt. In andere rijke landen is dit ook zo.
In ontwikkelingslanden is er landbouw dat er vroeger in Nederland ook was. De boeren doen aan gemengde landbouw. Dit betekent dat boeren zowel dieren houden als gewassen verbouwen. Een deel van de gewassen wordt gebruikt om de dieren te voeren. De mest van de dieren wordt gebruikt om de gewassen te laten groeien.
In Nederland vindt er vooral specialisatie plaats. De boeren focussen zich hierbij op één soort landbouw. Ze hebben dus of gewassen of dieren. Boeren kunnen zich specialiseren in bijvoorbeeld:
In de landbouw is ook sprake van intensivering. Hierdoor is de opbrengst in de landbouw hoger. Oorzaken hiervan zijn:
Al deze gebeurtenissen hebben ook gevolgen, zoals: