Je kunt aan de hand van een massaspectrum uitleggen of dit spectrum bij een bepaalde stof hoort.
Je kunt met een massaspectrum berekenen hoeveel van een stof je hebt.
Je kunt afleiden welk fragment bij een bepaalde m/z waarde hoort, waarbij je rekening houdt met isotopen.
Je kunt bij chromatografie uitleggen welke stof uit een mengsel de grootste Rf-waarde heeft als je weet wat het oplosmiddel is en waar stationaire fase van is gemaakt.
Je kunt bij gaschromatografie uitleggen welke stof uit een mengsel de grootste retentietijd heeft als je weet waar de stationaire fase van is gemaakt.
Je kunt met behulp van de oppervlakten onder de pieken bij gaschromatografie hoeveel van elke stof je hebt.