Zoals je al hebt kunnen lezen en oefenen zijn er verschillende natuurkunde wetten. Om deze wetten te kunnen gebruiken heb je daarvoor gegevens nodig. Bijvoorbeeld om gemiddelde snelheid uit te kunnen rekenen. Denk aan grootheden en eenheden. Die begrippen zeggen je vast wel iets! Maar ook andere begrippen die je wellicht bekend voorkomen.
Hieronder staan een aantal voorbeelden van natuurkunde wetten met daarbij de bijbehorende gegevens.
Grootheid: snelheid Eenheid: m/s of km/h
Grootheid: afstand Eenheid: meter
Grootheid: tijd Eenheid: seconde
Snelheid = afstand / tijd
Grootheid: geluidssterkte Eenheid: decibel (dB)
Grootheid: frequentie Eenheid: Hertz (Hz)
Fases:
gasvormig - vloeibaar - vast
Fase overgangen:
smelten - stollen
condenseren - verdampen
sublimeren - rijpen
elektriciteit
kinetische energie
stralingsenergie
warmte
zwaarte-energie
chemische energie
wit licht
lenzen, bolle lens/holle lens
rood, oranje, geel, groen, blauw, violet
infra rood / ultra violet
Grootheid: Spanning (U) Eenheid: Volt (V)
Grootheid: Stroomsterkte (I) Eenheid: Ampère (A)
Grootheid: Vermogen (P) Eenheid: Watt
Grootheid: Weerstand Eenheid: Ohm (Ω)
Grootheid: dichtheid (ρ ) Eenheid: g/cm3
Grootheid: massa (m) Eenheid: gram
Grootheid: Volume (V) Eenheid: cm3 of Liter
Rendement = nuttige energie / totale energie * 100%
Rendement = Eaf / Eop * 100%
Grootheid: Energie Eenheid: Joule of kW/h
Grootheid: Luchtdruk Eenheid: Pascal of Bar
Dit zijn slechts een aantal van alle natuurkundige zaken. Er zijn er nog veel meer.