In het middelbaar beroepsonderwijs staat leren in de praktijk centraal, dit heet de beroepspraktijkvorming (BPV). De BPV bij een leerbedrijf, ook wel leerbaan of stage genoemd, is een verplicht onderdeel van een mbo-opleiding. Dankzij het deelnemen aan de bpv krijgen jongeren ervaring op de arbeidsmarkt die aansluit op de kennis die zij tijdens hun opleiding opdoen (MBO Raad, 2020).
Volgens de MBO Raad dragen scholen de verantwoordelijkheid voor het gehele onderwijs van hun studenten, dus ook voor de BPV. In de praktijkovereenkomst staan ook de afspraken over de stage tussen student, school en leerbedrijf. Deze afspraken gaan bijvoorbeeld over de begeleiding vanuit school en het leerbedrijf, beoordeling en duur van de stage (MBO Raad, 2021).
Naar aanleiding van een onderzoek naar de ervaringen van leerbedrijven met de BPV zijn er in de verbeteragenda BPV van MKB Nederland en VNO-NCW een aantal knelpunten in de BPV benoemd (MBO Raad, 2021).
Hieronder volgen de belangrijkste geconstateerde knelpunten:
Het gebrek aan uniformiteit in de vorm en aanpak van de BPV.
De voorbereiding en begeleiding van de BPV en de communicatie tussen de onderwijsinstelling en bedrijf.
De MKB Nederland, VNO-NCW, Colo, het ministerie van OCW en de MBO Raad hebben in een bestuurlijk overleg over de BPV afgesproken dat partijen gezamenlijk hun verantwoordelijkheid nemen om de BPV te verbeteren en hoe partijen deze gezamenlijke verantwoordelijkheid in gaan vullen (MBO-Raad, 2021). Deze afspraken zijn vastgelegd in het BPV-protocol (zie bijlage onderaan de pagina).
Omdat wij zelf ook in het onderwijs hebben ervaren dat de studenten, met name 1ste jaar BOL studenten, niet voldoende voorbereid zijn op hun stageperiode, hebben wij ervoor gekozen om onze lessenserie te richten op de voorbereidingen en begeleiding van de BPV die nodig zijn om een stageperiode succesvol te laten verlopen.
De punten die wij uit dit protocol willen gaan uitlichten zijn:
De student presenteert zich goed aan het bedrijf (dit ook voor in de toekomst) (cv maken/representatief).
De student is goed voorbereid en gemotiveerd om aan de BPV te beginnen.
De School zorgt voor bedrijf oriëntatie, presentatie en sollicitatievaardigheden (Sociaal media versus solliciteren).
“Met een goede start sta je al 1-0 voor!”
Welke factoren spelen mogelijk een rol?
De factoren die mogelijk een rol kunnen spelen zijn:
De onderlinge afspraken tussen de school en werkbedrijf zijn niet concreet.
Studenten zijn niet goed voorbereidt.
Studenten weten vaak niet wat er van hen verwacht wordt tijdens hun stage.
De werkzaamheden bij het stagebedrijf sluit niet altijd goed aan bij wat de studenten hebben geleerd op school.
De studenten weten zich niet goed te presenteren aan een bedrijf (solliciteren).
De student heeft niet voldoende zelfvertrouwen.
De manier waarop de BPV-lessen op school worden ingezet, gegeven door de docent. Sluit dit aan op de manier waarop een student zich moet voorbereiden op de zijn BPV?
Om een sollicitatiebrief te schrijven of een cv te maken moet de student minimaal om kunnen gaan met WORD, heel vaak zie je dat de studenten hier moeite mee hebben.
De studenten worden niet altijd goed begeleidt bij het oriënteren op de verschillende branches, kiezen vaak voor het gemak (intrinsieke motivatie). Hierdoor ontstaat er dikwijls een minder goede match tussen de student en een leerbedrijf.
Uiteraard speelt voldoende tijd voor het begeleiden van de student, zowel vanuit school als vanuit het leerbedrijf, hierbij een grote rol.
Vanwege de COVID maatregelen vinden sollicitatieprocedures vaak online, wat je vaak ziet is dat de student niet digitaal vaardig genoeg is. Het maken van een toets via een online omgeving kan al een uitdaging zijn voor de student.
Wat weet ik al over het probleem?
Wij hebben dit probleem bekeken vanuit diverse hoeken, vanuit onze eigen ervaringen van zowel student als docent. Ook hebben wij ons georiënteerd op dit probleem vanuit het mbo-raad en het Albeda College, hierdoor ook gekeken naar het BPV-protcol.
In een gesprek met een docent heeft zij aangegeven dat ze zelf niet voldoende tijd hebben om de studenten voldoende voor te bereiden op de BPV-lessen. De huidige BPV-lessen zijn vaak praktisch van aard, zoals zorgen dat alle stagecontracten en stage uren op orde zijn, kort evalueren met de student hoe het gaat op zijn stageplek. Dus is er weinig tijdens om de student kwalitatief goed voor te bereiden op hun stage/presentatie.
Wat wij zelf ervaren in de functie van als stagebegeleider is dat de stagiaires vaak niet weten wat er van ze verwacht wordt m.b.t. de werkzaamheden, opdrachten etc. Er is weinig begeleiding vanuit school, er worden weinig tot geen stagebezoeken meer door school afgelegd. De werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden op hun stage sluit niet goed aan bij wat de student leert op school, waardoor er een enorm gat ontstaat tussen de verwachtingen van zowel het stagebedrijf als de student. Hierdoor hebben de studenten vaak ook veel begeleiding nodig, dikwijls meer dan de stagebegeleiders kunnen bieden.
Een ander onderdeel wat wij zien is dat de studenten het lastig vinden om zichzelf te presenteren/ te verkopen. Ze vinden het lastig om hun sterke punten/kwaliteiten en ontwikkelpunten te benoemen.
Wat ook een uitdaging blijkt te zijn is het opstellen van een cv en een sollicitatiebrief (het schrijven van een formele brief). Het voeren van een (formele) telefoongesprek is behoord ook tot de
Als docent merken wij vaak dat studenten niet voldoende ruimte en/of begeleiding krijgen om zicht goed te kunnen oriënteren. Het invullen van een vragenlijst of formele formulieren blijkt ook lastig. Ook valt het op dat dat de studenten niet zo goed weten hoe ze op de juiste manier voor zichzelf op moeten komen op hun stage. De studenten geven aan dat ze vaak het gevoel hebben dat ze ‘gebruikt’ worden, en daardoor met minder plezier naar hun stage gaan of dikwijls vaak afhaken.
Tijdens een interview met een 1ste jaar mbo student, kon zij mij geen antwoord geven op de vraag wat een cv is. Een groepsgenoot gaf aan dat zij ook niet het gevoel had dat zij vanuit haar opleiding voorbereid was op het presenteren aan het bedrijf. Zij had bijvoorbeeld geen idee wat een cv was. Zij had bijvoorbeeld het bedrijf gebeld i.p.v. een sollicitatiebrief op te sturen en toen ze uitgenodigd werd voor een sollicitatiegesprek was zij niet voorbereidt en ging er blanco is.
Wij vinden dat de docent ook deels verantwoordelijk is om de studenten voor te bereiden op hun stageperiode. Daar hoort onder andere, goed oriënteren, jezelf presenteren, het opstellen van je cv en/of sollicitatiebrief, het voeren van een formeel telefoongesprek en uiteindelijk ook het voeren van een sollicitatiegesprek.
Aan welke condities moet worden voldaan om de interventie te laten werken?
Om de student zich op de juiste manier aan een bedrijf te laten presenteren, is het belangrijk dat de student allereerst weet wat hoe hij zich representatief opstelt. Door de student kennis te laten maken met het woord; representatief vanuit diverse hoeken (denk hierbij aan uiterlijk, social media, duidelijke CV), willen wij de student interactieve opdrachten aanbieden waarbij de student in korte tijd weet wat representatief is. Daarbij willen wij met de student door middel van een online module stapsgewijs de kans bieden om een professionele CV op te stellen. Als laatste willen wij in de daaropvolgende fysieke les, de studenten elkaars CV laten beoordelen. Omdat onze doelgroep 1ste jaar mbo studenten zijn hebben wij in deze opdracht gekozen voor de samenwerkingsstructuur ‘denken-delen-uitwisselen’, want volgens Ebbens & Ettekoven (2016), kan deze samenwerkingsstructuur in vrijwel alle leersituaties gebruikt worden waar de docent normaliter traditionele vraagtechnieken zou toepassen. Omdat wij ook willen dat de studenten werken aan hun communicatietechnieken (dit is ook nodig bij o.a. het voeren van een sollicitatiegesprek) hebben wij gekozen voor deze samenwerkingsvorm, want volgens Ebbens & Ettekoven (2016), is dit zeer geschikt voor het oproepen van leeractiviteiten begrijpen, en integreren, het uitwisselen van meningen en ervaringen, maar ook voor het hoge orde denkvragen.
Door bovenstaande in te zetten bereiken wij dat de student zich op verschillende vlakken representatief kan presenteren aan een bedrijf.
Benoem effecten die jullie met de interventies willen bereiken. Waar kun je aan zien dat de interventie effect heeft gehad?
De student:
Kan een CV maken dat er aantrekkelijk uitziet qua ontwerp en inhoudelijk voldoende informatie geeft
Weet wat "representatieve” eisen zijn die bij de beroepspraktijk horen
Kan zichzelf op representatieve wijze, voorstellen en presenteren
Kan benoemen welke mogelijke gevolgen er zijn voor een sollicitatie van het gebruik van sociale media.
Kan 3 kwaliteiten en 2 ontwikkelpunten van zichzelf benoemen
Kan benoemen wat proactief is
Kan een reflectie verslag schrijven en daarin benoemen wat leerpunten zijn voor hem/haarzelf
Kan benoemen wat anderen zien van zijn/ haar gedrag
Kan benoemen welk gedrag van anderen invloed heeft op hem/haar
Lessuggesties:
CV Maken
Social media versus solliciteren
Wat is representatief
Reflecteren kun je leren
Wie ben ik? En wat moet ik nog leren?
Bijlage