Stap 1 - Buurtprofiel

Buurtprofiel: hoe kom ik aan de gewenste gegevens?

In deze opdracht gaan jullie je eigen buurt in kaart brengen voor een zogeheten ‘buurtprofiel’.

De begrippen ‘buurt’ en ‘wijk’ worden soms als synoniemen gebruikt, maar dat is niet terecht. De Van Dale Online omschrijft beide begrippen als:

Nederland kent zo’n 355 gemeenten en elke gemeente is onderverdeeld in minstens één, maar meestal meer wijken. De meeste wijken zijn verder onderverdeeld in buurten.

Nijmegen bijvoorbeeld telt negen wijken die weer onderverdeeld zijn in 44 buurten. De wijk Nijmegen-Centrum telt maar twee buurten (Benedenstad en Stadscentrum), terwijl de wijk Dukenburg maar liefst negen buurten kent.

Met het begrip buurtprofiel bedoelen we een typering of karakterisering van een buurt aan de hand van woningkenmerken en bewonerskenmerken.

Woningkenmerken zijn kenmerken van de woningen in de buurt:

Bewonerskenmerken zijn kenmerken van mensen in de buurt:

Leuk zo’n buurtprofiel, denk je misschien, maar hoe kom ik aan gegevens over mijn buurt? Sommige gemeenten hebben (enkele) kenmerken op hun website staan, maar het beste ben je geholpen met de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en EduGIS, het platform voor geo-informatietechnologie in het onderwijs. Beide bronnen heb je verderop nodig.

CBS – Statline

In de StatLinetabel ‘Kerncijfers wijken en buurten’ van CBS zijn kerncijfers opgenomen over alle wijken en buurten in Nederland. Je kunt in Statline niet alle gemeenten, wijken en buurten tegelijk downloaden. Daarom geeft Statline de gegevens van één gemeente (Gooise Meren) als voorbeeld: StatLine

Om wijken en buurten van andere gemeenten te bekijken klik je op het filter-icoon naast ‘Wijken en buurten’  of  ‘Onderwerp’.

Klik op de afbeelding om deze te vergroten.

EduGIS

Ga naar EduGIS. Je krijgt heel Nederland te zien.

Met de + en de – kun je in- en uitzoomen op de kaart.
Met de linkermuisknop kun je op de kaart heen en weer schuiven.

Helemaal links zie je ‘lagenselectie’ staan.

Je zult de volgende lagen nodig hebben:

We gaan eerst met beide bronnen oefenen.