Leerdoelen
A.
- Je kan uitleggen wat het verschil is tussen atomen en moleculen.
- Je kan een aantal stofeigenschappen opnoemen.
- Je kan de verschillende fasen van een stof benoemen.
- Je kunt de kenmerken van een zuivere stof benoemen.
- Je kunt de verschillende soorten mengsels benoemen.
B.
1. Mengsels scheiden
- Je weet wat we bedoelen met een scheidingsmethode.
- Je kan uitleggen waarom verschillende mengsels verschillende scheidingsmethoden nodig hebben.
2. Bezinken en centrifugeren
- Je kunt een suspensie en een oplossing van elkaar onderscheiden.
- Je kunt beschrijven hoe de scheidingsmethode bezinken werkt en voor welk soort mengsels deze geschikt is.
- Je weet hoe je bezinken kan versnellen en hoe dat heet.
3. Filtreren en rendement
- Je kunt beschrijven hoe de scheidingsmethode filtreren werkt en voor welk soort mengsels dit geschikt is.
- Je kan berekenen wat het rendement is van een scheidingsmethode.
4. Indampen
- Je kunt beschrijven hoe de scheidingsmethode indampen werkt en voor welk soort mengsels deze geschikt is.
- Je kunt beschrijven hoe de scheidingsmethode destilleren werkt en voor welk soort mengsels deze geschikt is.
5. Chromatografie
- Je kunt beschrijven hoe de scheidingsmethode chromatografie werkt en voor welk soort mengsels deze geschikt is.