Les 5: Speciale manieren van overerven

Hierna volgen 4 verschillende manieren van speciale overervingen (X-chromosomaal, multipele allelen, lethale factoren, gekoppelde overerving).

Leerdoelen

- Aan het einde van deze les kun je aan de hand van een tekst een van de speciale manieren van overerven oplossen door gebruik te maken van kruisingsschema's. 

- Aan het einde van deze les kun je afleiden in welke frequentie het genotype en het fenottype van de speciale manier van overerven aanwezig is in een kruisingsschema en/of een stamboom

 

Te doen:

- Verdeel in je leerteam de verschillende manieren van overerving (X-chromosomaal, multipele allelen, lethale factoren, gekoppelde overerving).

- Bestudeer per persoon de stof van jou overerving. Informatie kun je terug vinden in thema 3, basisstof 4 en 5.

- Per manier van overerven is er een apart tabblad gemaakt. Zoek per persoon uit hoe de manier van overerven werkt. Let hierbij ook goed op de notatie.

- Zoek een goede (nieuwe) casus die je kunt gebruiken als voorbeeld voor jou leerteam (hieronder zijn per manier van overerven 2 casussen al gegeven, deze mag je alleen gebruiken mocht je echt geen andere kunnen vinden (wat ik niet geloof :P ))

- Werk de gevonden casus uit in een presentatie voor je leerteam, let hierbij vooral goed op dat de uitleg en de notatie helder is.