Begeleiding tijdens het vakdidactisch afstuderen vindt plaats op drie niveaus: in de afstudeerklas, het leerteam en individueel. Daarbij zijn vanuit de opleiding vijf rollen te onderscheiden: de afstudeerdocent, de leerteambegeleider, de afstudeerbegeleider en de eerste en tweede beoordelaar. De afstudeerdocent is verantwoordelijk voor lessen in de afstudeerklas, de leerteambegeleider voor begeleiding in jouw leerteam, de afstudeerbegeleider voor individuele begeleiding en tweede beoordelaar, en de eerste onafhankelijk beoordelaar voor (een deel van) de beoordeling.
Het is belangrijk om te beseffen dat je veel van wat je voor vakdidactisch afstuderen moet doen al een keer hebt gedaan. Je hebt namelijk al een praktijkonderzoek uitgevoerd, en hoewel vakdidactisch afstuderen over vakdidactiek gaat en niet over groepsdynamica en je (waarschijnlijk) ook nog nooit een posterpresentatie voor jouw collega's hebt gegeven, heeft het uitvoeren van het eerdere praktijkonderzoek je goed toegerust voor een succesvolle afronding van deze cursus.
Maar natuurlijk gaan we jouw kennis van praktijkonderzoek weer opfrissen, opdat voor jou duidelijk is wat kwalitatief goed werk is en geven we je de kans om te oefenen met bijvoorbeeld het maken van een 5xW+H-analyse. Bij de oefening besteden we extra aandacht aan die zaken waarin vakdidactisch afstuderen verschilt van het onderzoek dat je bij Praktijkonderzoek in de school hebt gedaan. Tot slot is er tijdens de afstudeerlessen ook tijd voor heleklasfeedback, waarbij feedback wordt gegeven aan de hele klas op grond van voorbeeld van concreet ingeleverd werk.
Dit alles doen we wekelijks onder begeleiding van de afstudeerdocent in de afstudeerklas die bestaat uit alle voltijdsstudenten die in onderwijsperiodes 1 en 2 aan de slag gaan met vakdidactisch afstuderen.
Jouw leerteambegeleider, die ook jouw afstudeerbegeleider en tweede beoordelaar is, zal jou meestal niet individueel begeleiden, maar samen met andere studenten in een leerteam. Wat gebeurt er in een dergelijk leerteam?
Allereerst is er ruimte voor collegiale consultatie. Iedereen die bezig is met afstuderen zit in hetzelfde schuitje en loopt tegen problemen op. Aangezien de leerteams zoveel mogelijk in worden gedeeld op basis van de gekozen vakdidactische thema's zullen dit regelmatig vergelijkbare problemen zijn. Dit maakt het waardevol om medestudenten, collega's in het doen van vakdidactisch onderzoek, te raadplegen, te consulteren, binnen het leerteam. Leerteambegeleiding wordt dus in sterke mate gedreven door jouw vragen en de vragen van jou medestudenten, plus de antwoorden op deze vragen.
Ten tweede vormen de leerteams, groepen van peers die elkaar peer-feedback geven. Bij peer-feedback snijdt het mes aan twee kanten. De feedback-ontvanger heeft individuele feedback op het eigen werk gekregen en de feedback-gever heeft werk van anderen gezien dat de blik op het eigen afstuderen aan kan scherpen. Aangezien jouw feedback van groot belang is, is het voor het behalen van deze cursus noodzakelijk dat je laat zien met aandacht feedback te geven. Op gezette tijden vindt er daarom peer-evaluatie plaats, waarbij de leden van jouw leerteam aangeven in hoeverre je een waardevol teamlid bent. Vallen deze evaluaties slecht uit, dan voldoe je niet aan het volgende onderdeel van de rubric.
Hoewel heleklasfeedback en peer-feedback in deze cursus als uiterst waardevol worden gezien en regelmatig ingezet zullen worden, is het belangrijk om af en toe ook individuele feedback te kunnen krijgen. Daarvoor is de individuele begeleiding. Die individuele begeleiding zal met name worden gedaan door de afstudeerbegeleider. De afstudeerbegeleider is één van de beoordelaars van het afstudeerwerk en het eerste aanspreekpunt voor vragen. Daarnaast is er een eerste beoordelaar die het afstudeerwerk ook beoordeeld. Van deze beoordelaar mag beduidend minder feedback worden verwacht. Ook zal het geven van feedback door de de eerste beoordelaar op initiatief van de afstudeerbegeleider plaatsvinden en niet op jouw initiatief. Dit om een onafhankelijk oordeel te borgen.
Individuele feedback volgt alleen na een concrete feedbackvraag. Daarbij is het belangrijk dat de vraag 'Is het zo goed?' en aanverwante vragen worden vermeden. Aangezien het stellen van een goede feedbackvraag van zulk groot belang is, wordt hier onder het volgende kopje, Feedback, meer aandacht aan besteed.