Je kent de betekenis is van de modale werkwoorden in de tegenwoordige tijd en verleden tijd.
Je kent de klinkerverandering van deze werkwoorden.
Je kunt deze werkwoorden correct schrijven en vervoegen.
Je hebt zelfstandig gewerkt aan je taalvaardigheid.
zie je met behulp van de zelftoets welke vaardigheden je al heel goed beheerst en op welke onderdelen je nog kunt verbeteren.
Je hebt een zelfinschatting gemaakt van wat je al beheerst en wat je nog moet leren.