Stap 3: het product bedenken

Resultaat:

Hier gaan jullie onderzoeken met welke marktvormen jullie te maken gaan krijgen en welk product je uiteindelijk gaat verkopen.

Doen (200 min):

 

Opdracht 1:

Jullie gaan een korte beschrijving geven van de volgende marktensoorten, dit doen jullie in eigen woorden in je portfolio: (gebruik hiervoor internet, maar omschrijf dus in eigen woorden.)

 

 

Opdracht 2:

Je gaat eerst zelf 5 stuks producten bedenken die je misschien wel wilt gaan verkopen en waarom je deze zou willen verkopen (ga ook eens kijken naar een reële prijs). Dit noteer je in je portfolio in een overzichtelijke tabel.

Tip: Gebruik Google om te zoeken naar trends en bijvoorbeeld meest verkochte producten uit voorgaande jaren.

Een voorbeeld zie je bijlage 4.

 

Denk daarbij alvast aan de volgende dingen:

(We gaan niks inkopen via online winkels zoals AliExpress. Je moet echt samenwerking zoeken met een "echt" bedrijf of persoon).

 

 

 

Opdracht 3:

Nadat jij en je groepsgenoten allemaal 5 producten hebben gekozen, ga je ze naast elkaar leggen en bespreken welk product jullie gaan kiezen.

Het kan dus zijn dat een product op verschillende lijstjes staan, maar het kan ook zijn dat iedereen andere producten heeft.

Jullie als groep gaan 1 product uitkiezen wat jullie misschien willen verkopen.

Let op: Maak een top 3 zodat als er 1 niet lukt dat je nog altijd naar een ander kan gaan kijken. Als je er 3 hebt ga je overleggen met je docent.

 

Let op: Geen producten met een houdbaarheidsdatum en denk alvast aan de samenwerking met een fysiek (lokaal) bedrijf, zodat je gaat inkopen met de inkoopprijzen.  We gaan dus geen producten via een internetwinkel bestellen en verkopen.

 

 

Opdracht 4:

Onderzoek welke personen/doelgroep dit product zouden willen kopen: Beschrijf je doelgroep dus. Denk hierbij aan de volgende dingen: leeftijd, geslacht, interesses, inkomen, etc.

 

Lees ter informatie ook dit artikel: https://www.mkbservicedesk.nl/sales-marketing/ondernemingsplan/hoe-bepaal-ik-mijn-doelgroepen

 

 

Opdracht 5:

Beschrijf je concurrenten, je gaat hier kijken wie je concurrenten kunnen zijn als jij ook het product wilt gaan verkopen.

Denk hier bijvoorbeeld aan verschillende winkels dit hetzelfde product verkopen. Wat kunnen jullie er aan doen om meer te verkopen? Waarom zou een klant bij jullie gaan kopen en niet bij een concurrent? Wat maakt jullie anders?

 

Opdracht 6:

Samenwerking zoeken: Nu je een beeld hebt gemaakt van wie je doelgroep is, wat je product is en wie je concurrenten kunnen zijn ga je een (lokaal) bedrijf zoeken dat met jou samen wilt werken.

Je gaat vragen of het bedrijf interesse heeft om mee te doen aan een schoolproject. Dit wil zeggen: Je gaat contact opnemen (jullie moet bellen) met het bedrijf en gaat vragen om een samenwerking: Je gaat vragen of je producten via dat bedrijf mag inkopen voor de INKOOPPRIJS.

Dit is heel belangrijk, aangezien anders je producten te duur worden en je dus minder winst kan maken! Wanneer je duidelijk aangeeft dat het om een schoolproject gaat, willen bedrijven meestal wel meewerken!

Voor meer informatie zie bijlage 5.

Heeft het bedrijf ja gezegd op een samenwerking? Pas dan kun je verder gaan werken.

 

In de bijlage "Mail naar bedrijf" staat een opzet over hoe je het bedrijf kan mailen met een zakelijke opzet waarin je de afspraken (die je telefonisch hebt gemaakt) kan bevestigen. Zorg dat je ook je docent toevoegt in de CC, zodat hij/zij op de hoogte is.

 

Opdracht 7:

Bedenken hoeveel je wilt inkopen en als er meerdere producten zijn, hoeveel je van de verschillende producten wilt hebben. Hiervan maak je een overzicht en dat bestand noem je  investeringsplan.

In bijlage 6 zie je een voorbeeld. Let dus goed op dat je het product inkoopt voor de inkoopprijs.

 

Opdracht 8:

Vervolgens beantwoorden jullie nog de volgende vragen. De antwoorden komen in een lopend verhaaltje. Deze zijn ook goed uitgewerkt (dus ook uitleg, waarom, wat en hoe).

 

Opdracht 9:

Naam bedenken: Nu je een groep hebt en het product al redelijk duidelijke hebt, gaan jullie een naam bedenken. Dit doen jullie ook samen met de hele groep. Maar iedereen heeft inbreng!

Jullie kiezen uiteindelijk één naam en geven dit door aan je docent. Nu kunnen jullie ook een groepsfoto maken en kunnen jullie de voorpagina van je portfolio maken: Op de voorkant komt jullie bedrijfsnaam te staan, jullie teamfoto, docent, jullie klas en je eigen naam (iedereens portfolio heeft dus een eigen voorkant).

Bedenk een naam wat goed past bij je product!

 

Opdracht 10:

Logotijd: Jullie hebben een naam gekozen, dus nu ga je ook een logo bedenken wat past bij je naam. Iedereen maakt een eigen logo. Als iedereen zijn logo af heeft kies je uiteindelijk samen één logo uit.

Let op er is hier geen goed of fout! Want iedereen zet zijn eigen logo in het portfolio. Het logo wat jullie uiteindelijk hebben gekozen moet ook de voorpagina komen.

 

Opdracht 11:

Reflectie opdracht: Na deze grote stap ga je een kleine reflectie schrijven hoe je de uitwerking van de opdrachten vond gaan.

Wat had volgens jou beter gemogen en waar lag dat aan, maar ook wat ging wel goed volgens jou. Probeer alle opdrachten uit deze stap mee te nemen in je reflectie, vraag je bij alle onderdelen af wat goed ging en wat beter kon, maar beschrijf ook waarom.

Bijlage 4.docx

Bijlage 5.docx

Bijlage 6.docx

Mail naar bedrijf.docx