11.3 Verloop

De ziekte van Parkinson is dus een progressieve ziekte met een gemiddelde levensduur van ongeveer vijftien jaar. In de beginfase, die enkele jaren duurt, zijn de klachten redelijk stabiel en goed met medicatie onder controle te houden. De middenfase kenmerkt zich doordat de medicatie niet meer naar behoren helpt met als gevolg on-off-fluctuaties (plotselinge verergering van symptomen, alsof een schakelaar wordt aangezet) en dyskinesieen (overbeweeglijkheid). In de late fase staan psychiatrische klachten zoals dementie of psychoses centraal.