Elke pc met Windows heeft tenminste één gebruikersaccount. Dit account werd aangemaakt toen Windows werd geïnstalleerd. Wanneer je een OS configureert met een gebruikersnaam en een wachtwoord, zorg je ervoor dat onbekenden en ongeautoriseerde geen toegang hebben tot deze pc.
Zoals je kunt lezen zijn er best wel handige dingen mogelijk met gebruikersaccounts. Om optimaal gebruik te maken van de verschillende gebruikersaccounts moet je een goed idee hebben van de verschillende soorten gebruikersaccounts die mogelijk zijn:
Bij de eerste twee accounts is er ook nog de mogelijkheid om als ‘administrator’ in te loggen. Als administrator heb je meer bevoegdheden op een computer of een netwerk. Het gebruikersaccount waarmee je inlogt op een netwerk is geen onderdeel van deze lessen, dit wordt behandeld bij het van Windows Server.
Wanneer je Windows installeert zul je de optie tegenkomen dat je gevraagd wordt om een Microsoft-account in te voeren of te maken. Je kan hier inloggen met een hotmail.com, live.com of outlook.com account.
Het inloggen op je pc met een Microsoft-account heeft één groot voordeel; al je instellingen, bureaubladinstellingen, apps en zelfs je favorieten in Edge zijn beschikbaar. Je kan dit vergelijken met een netwerk en ‘floating accounts’ of zwervende profielen. Echt zwervend zijn ze niet, de profielen worden namelijk opgeslagen op servers van Microsoft, ergens in ‘de cloud’. Het voordeel daarvan is denk ik wel duidelijk, jij hebt als gebruiker overal ter wereld toegang tot jouw gegevens. Denk aan je e-mail, OneDrive, Skype, jouw Windows store en andere Windows toepassingen.
Zoals Johan Cruijff altijd zei ‘elk voordeel heeft zijn nadeel’. Dat is uiteraard ook zo wanneer je gebruik maakt van een Microsoft-account. Je privacy is niet meer zo privé wanneer je namelijk gebruik maakt van dit account. Microsoft zal eigenlijk altijd toegang hebben tot wat je doet op een pc. Het is dus raadzaam om vooraf te bepalen wat jij belangrijker vindt, het voor- of nadeel.
Dit account wordt al jaren gebruikt in Windows, het lokale account. Een kenmerk en vergelijk met het Microsoft-account of het account dat wordt gebruikt op netwerken is dat een lokaal account alleen maar, zoals de naam al zegt, lokaal (dus op een pc) gebruikt kan worden. Een lokaal account is er in twee opties:
Tijdens de installatie maken we het eerste account aan, dit is de Administrator, deze gebruiker is absoluut nodig tijdens de installatie, omdat er systeeminstellingen gemaakt of aangepast worden. Na de installatie kan je met dit type account bijna alles veranderen en aanpassen. Daarnaast kan je ook alle software die je wilt installeren of eventueel verwijderen met dit account doen.
Denk aan het spreekwoord ‘bezint eer gij begint’. Denk dus ook goed na of je jouw dagelijkse werkzaamheden wil uitvoeren met een Administratoraccount. Denk eraan dat je als Administrator bijna alles mag op een computer, dus als er onder dat account bijvoorbeeld een virus op de computer komt kan dit virus ook overal bij. Het is dus een advies om het Administrator account dan ook alleen te gebruiken wanneer dit nodig is.
Wanneer je als gewone gebruiker bent ingelogd zijn er ook mogelijkheden om een enkele taak als Administrator uit te voeren. Of er wordt om gevraagd door Windows of je kan als gebruiker met de ‘rechtermuisknop’ ergens op klikken en kiezen voor de optie om het uit te voeren als Administrator.