Bij het oplossen van een rekensom gelden regels in de volgorde waarop je handelingen uitvoert. Deze volgorde is:
Letters in rekensommen vervangen getallen. Dit is handig als een getal bijvoorbeeld elke keer een andere waarde heeft. Als letters hetzelfde zijn, mag je ze optellen. Een keer-teken (×) laat je bij letters weg.
Bij vermenigvuldigen met letters reken je eerst met de cijfers, en daarna met de letters. het maalteken (×) laat je weg. Letters schrijf je op alfabetische volgorde.
Als je gaat rekenen met haakjes hoed je het ×-teken niet te schrijven.
is dus hetzelfde als
.
Haakjes werk je weg door het getal voor de haakjes te vermenigvuldigen met het getal buiten de haakjes.