Doel van de les:
Aan het einde van deze les weten de leerlingen welke landen er bij de EU horen.
Aan het einde van deze les weten de leerlingen de topografische ligging van de EU-landen.
Deze doelen passen bij de kerndoelen AK/K/3 en de AK basislijst Europa.
Oriëntatiefase: (5 minuten)
Vertel de leerlingen wat ze vandaag gaan leren. Zorg ervoor dat je de kaart van Europa geprint hebt, of dat de leerlingen de mogelijkheid hebben om te printen. De leerlingen mogen in tweetallen deze les maken.
Uitvoeringsfase: (35 minuten)
De leerlingen lezen deze tekst:
Van EGKS naar EU:
De 2 grondleggers van de Europese Unie zijn de landen: Frankrijk en Duitsland. Na de Tweede Wereldoorlog zijn zij gestart met de EGKS.
In 1952 sloten: Nederland, België, West-Duitsland, Frankrijk, Luxemburg en Italië aan.
In 1973 sloten: Denemarken, Ierland en Engeland aan. Daarna volgden: Griekenland, Spanje, Portugal, Finland, Oostenrijk en Zweden aan bij de Europese Gemeenschappen.
In 2002 sloten: Duitsland (nu helemaal), Estland, Hongarije, Ierland, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk aan bij de Europese Unie.
Op 31 januari 2020 is het Verenigd Koninkrijk uit de EU gestapt.
Opdracht:
Kleur op het kaartje in het bestand hieronder de landen van de EU in.
Kleur West-Duitsland en Frankrijk Geel
Kleur de landen die in 1952 aansloten Rood
Kleur de landen die in 1973 aansloten Groen
Kleur de landen die in 2002 aansloten Blauw
Zet een kruis door het Verenigd Koninkrijk
Zij maken het werkblad die bijgevoegd is.
Afrondingsfase: (5 minuten)
Laat de leerlingen de het werkblad op de achterkant van hun mindmap plakken.
Vraag de leerlingen wat ze vandaag geleerd hebben. Hebben zij het lesdoel bereikt? Zo ja, waarom of nee, waarom niet?
Totale lesduur: +/- 45 minuten
Eerder klaar? Werken aan de uitloopopdracht