Door de dwarslaesie kunnen de zenuwen de signalen van de hersenen niet of niet goed meer doorgeven. Iemand met een dwarslaesie kan daardoor last hebben van de volgende klachten:
Krachtverlies: Iemand kan wellicht niet meer staan of lopen, maar ook moeite hebben met het vastpakken van dingen. De plek en grootte van de beschadiging in het ruggenmerg bepaalt hoeveel signalen er nog doorgegeven kunnen worden. Spieren die geen signalen vanuit de hersenen krijgen, kunnen niet getraind worden. Tijdens de revalidatie wordt er gewerkt aan het op lengte houden van de spieren. Spieren die wel sterk zijn worden getraind.
Gevoelsstoornissen: Door de ruggenmergbeschadiging is het doorgeven van prikkels in het ruggenmerg verstoord. Hierdoor kan men last krijgen gevoelsstoornissen. Deze stoornissen zijn over het algemeen niet te behandelen. Je kunt dan ook niet door heel hard te trainen zorgen voor meer gevoel. De behandeling zal zich daarom richten op het omgaan met de gevoelsstoornissen.
Pijn: er kunnen verschillende soorten pijn optreden zoals; pijn door overbelasting, maar ook pijn onder het dwarslaesieniveau. Deze pijn komt doordat prikkels vanuit armen of benen niet goed worden geleid naar de hersenen. Deze prikkels ervaar je als pijn. Zo kan een laken op de huid al als pijnlijk worden ervaren.
Spasmen: Spasmen zijn spieren die zich onwillekeurig samentrekken. Spasmen onstaan doordat de hersenen onvoldoende controle hebben op de aansturing van spieren en het gevoel. Je kunt last hebben van spasmen in een enkele spier of spiergroep, of in de armen, benen en buik. Van spasmen ondervindt je veel hinder. Ze doen pijn of blokkeren de bewegingen. Je kunt bijvoorbeeld problemen krijgen met slapen, of niet goed in de rolstoel zitten.
Incontinentie: Door de beschadiging van het ruggenmerg werkt de willekeurige beheersing van de blaas en de darmen niet meer. Je voelt niet dat de blaas en darmen vol zijn, en meestal merk je niet dat je urine of ontlasting verliest. Deze incontinentieproblemen zijn voor veel dwarslaesiepatiƫnten het moeilijkst te verwerken.
Seksuele stoornissen: Er kunnen erectiestoornissen en/of orgasmestoornissen ontstaan.
Decubitus: Als je verlamd raakt, heeft de huid van de verlamde delen meer zorg en aandacht nodig. Het kan zijn dat je doorligwonden krijgt. Dit wordt ook wel decubitus genoemd. Doordat je niet alle pijn, aanrakingen, druk op de huid of temperatuurverandering kunt voelen, is uw huid kwetsbaarder voor bijvoorbeeld verbranding en infecties.
Psychische klachten: Leren omgaan met de gevolgen van de lichamelijke beperkingen na een dwarslaesie is voor iedereen moeilijk. De psycholoog en maatschappelijk werkers kunnen hierbij begeleiding bieden. Iemand met een dwarslaesie heeft een verhoogde kans op een depressie.