Onderzoek

Bij jonge kinderen kunnen ze nog geen longfunctieonderzoek doen. Daarom onderzoeken ze het op een andere manier bij kinderen onder de vier jaar. De kinderen ademen alleen door hun mond. je krijgt hier een mondstuk voor of een mondkapje. Dit zit vast aan een apparaat dat alle metingen doet. Vanaf vijf jaar kunnen de kinderen vaak wel mee doen aan het longfunctieonderzoek. Dit doen ze op de volgende manieren:

Flow-volumemeting
Hier kijken ze naar de inhoud van de longen en de doorgang van de luchtwegen. Vervolgens krijgen ze luchtwegverwijders toegediend en doen de metingen dan weer opnieuw. Hierbij kijken ze of de medicijnen aanslaan en de doorgang van de luchtwegen beter wordt. Dit wordt gedaan om de diagnose te stellen en daarna nog een paar keer om te kijken of de medicijnen aanslaan.

Bodybox-meting
Hier wordt de inhoud van je longen en de weerstand van de luchtwegen gemeten. Ook bij dit onderzoek moet je door een mondstuk ademen dat vast zit aan een apparaat. Dit staat in een glazen afgesloten ruimte zodat de metingen juist kunnen worden gedaan.

NO-meting in de uitgeademde lucht
Bij deze meting kijken ze naar de hoeveelheid stikstofmonoxide die in je uitgeademde lucht zit. Bij een ontsteking in de luchtwegen dus astma is de hoeveelheid stikstofmonoxide groter. Je moet hier door een klein blaaspijpje ademen dat vast zit aan een meetapparaat waarin de samenstelling wordt gemeten.

Histamine- of methacholine provocatietest
Hier testen ze de prikkelbaarheid van de longen. Ze kijken hierbij of histamine of methacholine een prikkel geven en zorgen voor luchtwegvernauwing.

Piekstroommeting (PEF)
Deze is niet zo betrouwbaar, daarom wordt het ook erg weinig gebruikt. De meting kan je zelf thuis uitvoeren. Je moet hier zo krachtig en snel mogelijk in een apparaatje blazen. Hierbij meten ze de kracht en luchtwegweerstand.