In deze les gaan jullie aan de slag met het fenotype en genotype.
Leerdoelen van deze les:
- Aan het einde van deze les kun je omschrijven wat het fenotype en wat het genotype van een organisme is.
- Aan het einde van deze les kun je omschrijven wat DNA-sequentie en genexpressie betekenen.
- Aan het einde van deze les kun je uitleggen dat een fenotype tot stand komt door de combinatie van genotype en de invloed van milieufactoren.
Te doen:
- Bestudeer de informatie van thema 3, basisstof 1 in de methode Biologie voor jou van malmberg en bekijk het filmpje.
- Zoek nog een filmpje die de stof goed en duidelijk uitlegd.
- Geef 5 voorbeelden van fenotype die we kunnen veranderen en 3 voorbeelden die niet veranderbaar zijn.
- Neem je 8 voorbeelden mee naar je groepje en bespreek of ze verandert kunnen worden en/of welke niet verandert kunnen worden.
- Maak een lijst nu met 5 goede voorbeelden waarbij het fenotype verandert kan worden en 5 voorbeelden waarbij het fenotype niet verandert kan worden.
- Als je wilt kun je controleren of je de stof helemaal hebt begrepen. Maak dan de checkvragen.
Fenotype en genotype https://www.youtube.com/watch?v=TyqJehlkUbk
Leerdoelen:
- Aan het einde van deze les kun je, je eigen DNA isoleren uit je eigen speeksel.
- Aan het einde van deze les heb je enkele practicum vaardigheden geoefend.
Vandaag start je met een DNA-practicum. Vervolgens ga je aan de slag met het onderdeel genenparen.
Practicum - DNA isolatie
In alle cellen van je lijf zit DNA (Desoxyribonucleïnezuur). Dat is de voornaamste drager van onze genen, ons erfelijk materiaal. Om DNA te bestuderen in wetenschappelijk onderzoek verzamelen we bijvoorbeeld bloed of speeksel. Maar het DNA zit goed weggestopt in je lichaamscellen, je kunt er niet zomaar bij. We isoleren DNA dan ook in aantal eenvoudige stappen. Met dit stappenplan kun je zelfs thuis je eigen DNA isoleren!
Wat heb je nodig?
Water
Zout
Afwasmiddel
70% alchohol (bij de drogist te krijgen)
(Maat)beker
Glas/bekertje
Theelepel & eetlepel
Hoe ga je te werk?
Doe zoveel zout bij het water in de beker totdat het niet meer oplost.
Neem hieruit 3 eetlepels zout water en doe deze in het bekertje.
Spoel je mond met het zoute water (niet doorslikken!).
Spuug het water terug in het bekertje.
Doop de achterkant van de theelepel in het afwasmiddel.
Roer eventjes rustig door het zoute water.
Breng voorzichtig met een theelepel de alcohol in het bekertje
De alcohol zal op het zoute water blijven liggen.
Stop als je een laag alcohol hebt van ongeveer 2 cm.
Roer voorzichtig door de alcohol.
Er ontstaat nu een soort web van witte sliertjes: dat is nu je DNA!
Wat is er nu gebeurd?
De wangslijmcellen in je mond laten makkelijk los door het zoute water.
Het afwasmiddel zorgt ervoor dat de cellen open breken.
Door de alcohol plakt het DNA aan elkaar.