Een functie is een codeblok met een specifieke taak dat wordt uitgevoerd wanneer het wordt aangeroepen. Met een functie hoef je dezelfde coderingsregel slechts eenmaal in te voeren. Functies maken codes herbruikbaar. We kunnen gegevens doorgeven aan een functie en een functie kan als resultaat gegevens als output teruggeven.
Python kent veel handige functies voor het uitvoeren van bepaalde taken. Als een functie wordt aangeroepen, haalt Python de codering voor die functie op en voert hem vervolgens uit. Als de functie is afgelopen, keert het programma terug naar de coderingsregel om het volgende commando uit te voeren.
Een paar functies in Python hebben we al gezien, nl. de print()
en de input()
functies.