Reactievergelijkingen opstellen en kloppend maken

Bij een chemische reactie verdwijnen de beginstoffen en ontstaat er nieuwe stoffen. Als je kijkt wat er met de atomen gebeurt dan is het niet zo dat stoffen verdwijnen. De atomen komen los van de andere atomen waar ze aan vast zitten en gaan in andere combinaties weer aan elkaar zitten. Er verdwijnen of verschijnen geen atomen bij een reactie.

 

Eerder dit schooljaar hebben we geoefend met het opstellen van een reactieschema. Daarin staat eerst de beginstoffen genoemd, dan een pijl, en daarna de reactieproducten. Als je hierin de namen van de stoffen te vervangen door de formules van die stoffen dan zul je zien dat er voor en na de pijl dezelfde atoomsoorten staan.

Bijvoorbeeld de ontleding van water:

 

Water    →         waterstof         +          zuurstof

H2O      →           H2                  +          O2

Er staan voor en na de pijl H-atomen en O-atomen.

 

Er zit alleen nog wel iets dat we moeten oplossen als we kijken naar het aantal atomen van elke soort. De atomen verdelen zich alleen anders, maar er verdwijnen of verschijnen geen atomen bij een reactie.

Voor de pijl zijn er 2 H-atomen en 1 O-atoom. Na de pijl zijn er 2 H-atomen en 2 O-atomen. Er is na de pijl dus een O-atoom bij gekomen. Dat kan niet, dus we moeten ervoor zorgen dat we voor de pijl ook 2 O-atomen hebben. We kunnen de molecuulformule van water niet aanpassen, we kunnen alleen meer watermoleculen gebruiken. Dan gebeurt er dit:

2 H2O      →           H2                  +          O2

 

Nu hebben we voor en na de pijl 2 O-atomen. Maar nu is er een ander probleem. We hebben nu voor de pijl 4 H-atomen (tel maar na) en na de pijl 2 H-atomen. Ook daar kunnen we dit alleen oplossen door meer waterstof-moleculen te gebruiken. Om uit te komen op 4 H-atomen hebben we 2 moleculen waterstof nodig. De vergelijking ziet er dan zo uit:

2 H2O      →         2  H2                  +          O2

 

We hebben nu voor en na de pijl 4 H-atomen en voor en na de pijl 2 O-atomen (tel maar na). We zeggen dan dat de reactievergelijking kloppend is.

Voor O2 staat geen getal. Dat betekent dat er maar 1 molecuul van is, de coëfficiënt 1 hoef je niet in te vullen.

 

Wil je hier nog meer uitleg over of kijk je liever een filmpje in plaats van dat je leest? Gebruik dan dit filmpje: