3.3 Migratie

Migratie
Het werkwoord migreren betekent verhuizen of veranderen van woonplaats. In Nederland ligt het gemiddelde op zeven keer. Dat betekent dus dat mensen die in Nederland wonen in hun leven gemiddeld zeven keer verhuizen. Dit verhuizen binnen een land noemen we binnenlandse migratie. Maar je kunt ook naar het buitenland verhuizen. Als je een landgrens passeert bij je verhuizing noemen we dat emigratie. Natuurlijk zijn er ook mensen die naar Nederland toe komen. Een land binnenkomen noemen we immigratie. Natuurlijk ben je altijd allebei, want als je een land binnenkomt, heb je ook een land verlaten. Dus als je immigrant bent voor Nederland ben je emigrant voor het land dat je verlaten hebt.

Allochtoon en Autochtoon

Mensen die hun hele leven wonen in land waar zij en hun ouders geboren zijn, zijn mensen zonder migratieachtergrond Mensen die uit een ander land komen of van wie hun vader of moeder of allebei uit het buitenland kom(en)t noemen we mensen met een migratie-achtergrond. De bekendste Nederlandse allochtonen zijn de leden van ons koninklijk huis. Want de vader van Willem Alexander kwam uit Duitsland en Maxima, de moeder van onze kroonprinses Amalia, komt uit Argentinië.


Bron 1 De koninklijke familie (Elsevier)

Toch hebben de woorden allochtoon en autochtoon zo’n negatieve klank gekregen dat onze regering heeft besloten om deze woorden niet meer in officiële stukken te gebruiken. Zie de tekst hieronder.

''De Tweede Kamer nam op 17 maart 2016 een motie (= actiepunt) aan waarin de regering wordt verzocht ‘om de beleidstermen allochtoon en autochtoon te herzien’. De motie vloeit voort uit een al langer lopend debat over de voor- en nadelen van hoe de Nederlandse overheid de etnische herkomst meet, en over de terminologie waarmee herkomstgroepen worden aangeduid. Vooral de term ‘allochtoon’ wordt in toenemende mate als stigmatiserend ervaren''. Bron: Socialevraagstukken.nl

Immigratie
In de afgelopen jaren heeft Nederland ook veel immigranten binnen gelaten. Vaak waren de redenen om naar Nederland te komen voor veel van deze immigranten niet zo leuk. Je kunt hierbij denken aan bijvoorbeeld de oorlog in Syrië die ervoor zorgde dat er veel mensen vertrokken en in een veilig land toevlucht zochten. Voor deze groep zijn de push factoren dus belangrijker dan de pull factoren. Als deze vluchtelingen in Nederland officieel een aanvraag indienen om hier te mogen blijven, noemen we deze mensen asielzoekers. Ze moeten kunnen laten zien wie ze zijn, dus ze moeten een paspoort of ID-kaart bij zich hebben. Als ze asiel hebben aangevraagd wordt per persoon bekeken of hun land van herkomst inderdaad onveilig is. Als dat zo is, mogen ze blijven en krijgen ze een permanente of tijdelijke status. Als hun herkomstland veilig is en ze alleen maar naar Nederland gekomen zijn vanwege de welvaart, worden deze mensen uitgezet. Zij moeten dan terug naar hun land van herkomst. De mensen die mogen blijven moeten wel een inburgeringscursus volgen, zodat ze de Nederlandse samenleving snappen en onze taal kunnen verstaan.

Migratiemotieven
Zoals je in de bovenstaande tekst gezien hebt, zijn er dus verschillenden redenen om een land te verlaten, de zogenaamde pushfactoren. We gaan ze eens onder de loep nemen

Er zijn vier reden/motieven waarom mensen verhuizen.

1. Economische migratie
Als mensen migreren voor een beter leven, een betere baan, dan noem je dat economische migratie. Je noemt deze migranten ook wel arbeidsmigranten.

2. Sociale migratie
Als je je gezin naar bijvoorbeeld Nederland haalt, of je trouwt met je vakantieliefde en je komt in Nederland wonen, noem je dat sociale migratie.

3. Politieke migratie
Wanneer je vlucht omdat je andere politieke ideeen hebt of er is oorlog in je land, ben je een politieke migrant ook wel vluchteling genoemd. Ook als je homo bent en dat mag niet in je eigen land ben je een politieke migrant.

4. Ecologische migratie
Wanneer je op de vlucht slaat, omdat er een natuurramp is in je land, een orkaan, tsunami of bijvoorbeeld droogte, dan ben je een ecologische migrant.

Pullfactoren zijn eigenlijk het tegengestelde van de pushfactoren. Dus je kunt dan bedenken waarom Nederland (en andere landen in West Europa), zo geliefd is bij vluchtelingen. Maar in Nederland zien mensen soms met angst en beven deze groepen komen. Op het journaal is bijna elke dag wel een onderwerp hierover. Een aantal mensen vindt dat we de grenzen helemaal op slot moeten doen, toch zijn er ook mensen die vinden dat we die mensen moeten helpen.

Opdrachten:

1. Welke soorten migratiemotieven hadden:
a. Erik en zijn familie in Noorwegen
b. De mensen die migreerden naar Amerika in de 19e eeuw
c. De mensen die migraarden naar Canada na de tweede wereldoorlog
d. De huidige vluchtelingen uit Syrie.
e. Antonia uit Griekenland komt naar Nederland, omdat ze gaat trouwen met haar Nederlandse vakantieliefde Peter.

Atlasopdrachten (54e druk)
2. Op kaart 48 AC vind je de binnenlandse migratie. Dit is dus een kaartje over verhuizingen binnen Nederland. Paars zijn de gebieden waaruit mensen vertrekken. Noem eens twee gebieden waaruit mensen vertrekken.

3. Wat zijn de push factoren voor de mensen die uit deze gebieden vertrekken? (noem er twee)

4. Er zijn ook gebieden in Nederland waar mensen juist naartoe gaan. Welke kleur hebben deze gebieden?

5. Wat zijn de pull-factoren voor de mensen die naar deze gebieden toe gaan? (noem er twee)

Gebruik GB180E.

6. Welke titel heeft deze kaart?

7. Het aantal vluchtelingen wordt op twee manieren weergegeven op deze kaart. Welke twee manieren?

8. Je kunt op deze kaart twee pushfactoren vinden voor het vertrekken van mensen. Welke twee pushfactoren zijn dit?

9. Wat is het soort migratiemotief voor deze mensen?

10. Uit welk land krijgt Kenia heel veel vluchtelingen en waarom?