Theorie
Gedichten bestaan uit versregels: alle woorden die op één regel staan. Versregels zijn weer gegroepeerd in strofen (strofen zijn eigenlijk een soort alinea's). Sommige regelmatige strofen komen zo vaak voor dat ze een naam hebben gekregen:
• distichon (2 versregels)
• terzine (3 versregels, aba) terzet (3, bij sonnet)
• kwatrijn (4 versregels)
• quintet (5 versregels)
• sextet (6 versregels)
• septet (7 versregels)
• octaaf (8 versregels)
• novet (9 versregels)
Opdracht
Zoek op het internet of in je boek (Dautzenberg) twee gedichten op en beantwoord de volgende vragen:
a. Uit hoeveel versregels bestaat het gedicht?
b. Uit hoeveel strofen bestaat het gedicht?
c. Hoe heet die strofe/hoe heten die strofen?
Vergeet niet om screenshots te maken van de gedichten (en jouw antwoorden) voor in je werkboek!