Wat ga je leren?
Leerdoelen
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- minimaal drie voorbeelden van spanningsbronnen noemen.
- de belangrijkste symbolen die in een schakeling voorkomen gebruiken.
- uitleggen wat het verschil is tussen gelijkspanning en wisselspanning.
- uitleggen wat het verschil is tussen een serieschakeling en een parallelschakeling.
- minimaal twee voorbeelden van gevaarlijke situaties noemen die voor kunnen komen bij het gebruik van elektrische apparaten.