Alle spectroscopische technieken gaan over de interactie van elektromagnetische straling en een bepaalde stof. Vaak een zuivere stof, zodat de interactie ook gebruikt kan worden om een kwantitatieve uitspraak te doen. Er zijn een aantal spectroscopische technieken veelgebruikt:
UV-VIS spectroscopie, waarbij gebruikt gemaakt wordt van het vermogen van een stof om elektromagnetische straling te absorberen.
IR spectroscopie, waarbij de relatief lage energetische straling er alleen voor zorgt dat een deeltje gaat trillen en/of roteren. Hierdoor is IR spectroscopie goed geschikt ter karakterisatie van een stof, en minder voor kwantitatieve bepalingen.
Massaspectroscopie (MS), waarbij deeltjes met elektronen worden beschoten, uit elkaar vallen en de fragmenten worden geanalyseerd. Deze techniek is zowel kwalitatief als kwantitatief bruikbaar.
Nucleaire Magnetische Resonantie (NMR) spectroscopie, waarbij radiogolven gebruikt worden om de kernspin van diverse atomen te richten en te veranderen. Deze techniek is uitermate geschikt voor karakterisatie van tal van organische verbindingen.