Als je kleding koopt, wil je weten wat je koopt. Je kunt dat weten door de etiketten in de kleding te lezen. Er zitten verschillende soorten etiketten in je kleding.
Er is een etiket waar de maat op staat: Maatetiket
Er is een etiket waar het merk op staat: Merketiket
Een etiket waarop staat waarvan het kledingstuk is gemaakt: Grondstofetiket
Een etiket waarop staat hoe je de kleding moet wassen, drogen en strijken: OnderhoudsetiketKleding komt uit allerlei landen. Ook dat staat vaak op het etiket vermeld. Er staat dan bijvoorbeeld: Made in Hongkong.
Etiketten moeten daarom in alle landen leesbaar zijn. Daarom staan er soms gegevens op in meerdere talen.
Op het was-etiket worden symbolen gebruikt. Dat zijn tekentjes, die voor iedereen te lezen zijn. De volgende vijf tekentjes komen op ieder was-etiket voor.


Je wast om het wasgoed schoon te krijgen. Maar met wassen vervuil je het milieu.
Het vuile sop komt terecht in het oppervlaktewater. Zo komen er ook stoffen terecht die daar niet thuishoren.
Vooral wasmiddelen kan een boosdoener zijn. Daarom kun je beter niet te veel wasmiddel gebruiken.
Verpakkingen van wasmiddelen zorgen voor afval. Zo hebben ook verpakkingen iets met het milieu te maken. De ene verpakking is milieuvriendelijker dan de andere.
Informatie daarover kun je vinden op de verpakking.
Ook zijn er milieuvriendelijker wasmiddelen te koop in reformwinkels, maar ook in sommige supermarkten.
Wetens(w)aardigheden
Als je een spijkerbroek binnenstebuiten wast en binnenstebuiten droogt aan de waslijn, blijft de kleur langer mooi !!