Kleding

Elke dag kleed je je weer aan.

Elke dag denk je na over je kleding. ‘s Morgens bij het aankleden, sta je stil bij wat je die dag gaat doen.  Ga je naar een belangrijke afspraak, dan zorg je dat je er tiptop uitziet en zakelijk gekleed bent. Zorg je deze dag voor een baby of peuter, dan kies je voor kleurrijke, makkelijk zittende en goed wasbare kleding. Zo sluit je met je kleding aan op je dagprogramma.

 

Wist je dat…  hoe kleding zo mooi kreukelloos in de winkels komt…

Bekijk het filmpje.

Doen ze dat zo? https://www.youtube.com/watch?v=PmOC6_Wgq9w

Kleding kiezen.

Als je kleding koopt heb je de keuze uit heel veel verschillende producten. Je hebt merkkleding die duur is maar indruk kan maken op andere mensen. Je hebt kleding die je koopt omdat je het gewoon mooi vind.

Het is moeilijk om de juiste kleding te kiezen. Niet alleen of iets je mooi staat speelt een rol. Ook wat anderen er van vinden is belangrijk. Andere mensen hebben invloed op jouw keuze, mensen zoals je ouders, vrienden en vriendinnen. In je puberteit is vooral de mening van je vrienden en vriendinnen belangrijk. Dragen bijvoorbeeld veel kinderen in je klas een spijkerbroek dan zou je niet snel een rok dragen.

 

 

In dit hoofdstuk hebben we het over kleding gehad. Beantwoord nu de volgende vragen.

Vraag 28 t/m 33